Verzamelde gedichten. Deel 1(1947)–J. Slauerhoff– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 397] [p. 397] Kathedraal San Miguel Als een rotsmuur steil rijst de façade Voor het diep verval van 't heiligdom Weggevaagd van 't aardrijk; geen kolom Rest van de oude praal tot Gods genade, Slechts de grauwe rechtopstaande zerk, Stijgend op de kim der trappendrempel, 't Open ruim beheerschend, zonnetempel Tot den einder onder 't koeplend zwerk. Door de raamgaten diep in den muur - Heiligen zijn vernietigd met hun ruit - Dringt zich nu het levende azuur, Vliegen vogels, stralen, in en uit. De almachtigen in steen gehuld, De Godsmoeder die de globe torst, Voor zijn vloot der oceanen vorst, Hebben in hun heilig ongeduld Muren, zuilen achter zich gestort, Maakten hemelhal en wereldrond, Eenig waardigen, tot hun achtergrond, Afziend van de stad tot puin verdord. Vorige Volgende