| |
| |
| |
AAN DE MAATSCHAPPIJ
der
VERDIENSTEN,
ten spreuke voerende:
FELIX MERITIS,
en aan het
AMSTERDAMSCHE
eerste en tweede departement der
BATAAFSCHE MAATSCHPPIJE
TOT NUT VAN 'T ALGEMEEN,
| |
| |
WORDEN DEZE,
in derzelver
BIJEENKOMSTEN
gedaane,
VOORLEEZINGEN,
over
DE VERLICHTING,
DE DEUGD en DEN TIJD, OPGEDRAAGEN,
door
derzelver Medelid.
A. FOKKE, Simonsz.
| |
| |
| |
Voorbericht.
Verlichting, deugd en tijd, zijn denkbeelden, welken elkander in orde opvolgen; Verlichting onwerpt de grondtekening van het gebouw des menschelijken geluks, Deugd bouwt het zelve op, en Tijd brengt het tot deszelfs volkomenheid. Het besef dezer waarheid deedt mij besluiten om het heir ná volgend dreital zonderlinge voorleezingen in eenen bundel tevens het licht te doen zien; zonderling noeme ik dezelven, met betrekking tot den stijl,
| |
| |
die in dezelven gebezigd is, en geheel vreemd is van de gewoone wijze van redenvoeren over gewigtige onderwerpen en echter zodanig moest zijn, om het oogmerk te kunnen bereiken 't welk alleen daarin bestondt, om de samengevloeide menigte van allerleije hoorers eenig vermaak, echter niet geheel van nut ontbloot, te verschaffen. Ik hebbe, bij wijze van Inleiding, en, om ten voorportaal van dit gebouw te dienen laaten voorafgaan eene op pervlakkige beschouwing van den aart der Schertsrede, en derzelver onderscheidene soorten, ten einde men, in de verdere doorleezing van dit werkjen, de daarin gebezigde scherts te beter in der zelver waare vak zoude kunnen rangschikken, en tot de beschaafde en schuldelooze Allegorische Ironie, overbrengen; welke voorzorg ik daarom alleen oordeelde te moeten neemen,
| |
| |
daar de boertige stijl, dien ik, om mijn doel te treffen, genoodzaakt was te bezigen, geene juiste ontwikkeling van de waare en ernstige meening des Schrijvers overlaat; het gene echter, om alle misverstand, verwarring en verkeerde uitlegging te vermijden, inzonderheid met betrekking op het onderwerp der eerste voorleezing, naamlijk over de Verlichting, noodzaakelijk was; alzo deze Stof zeer onderworpen is, om door verkeerde verklaaringen in een valsch oogpunt geplaatst te worden. Dit is ook reden geweest, waarom ik mij verpligt vinde, deze, slegts voor een oogenbliklijk vermaak bestemde beuzelingen, aan een bedaarder overweging te onderwerpen, en openbaar het licht te doen zien; om mijne hoorers; die somtijds mijne meening, onder het uitspreeken derzelve, niet klaar of wel geheel verkeerd be- | |
| |
greepen mogten hebben, duidelijk te doen zien, dat de geheele bedoeling en toepassing enkel in dien tijd behoort thuis gebragt te worden, toen de eerste schok der omwenteling hier te lande door alles tevens te moeten hervormen, dien noodzaaklijken Chaos veroirzaakte, waaruit langzamerhand eene geregelde nieuwe waereld ontstaan is, die door Deugd en Tijd, zoo de wenschen der waare Vaderlanders vervuld worden, eenmaal tot de hoogstmoogelijke volkomenheid gebragt moet worden. Niemand passe derhalve eenige, in dezen geheelen bundel voorkomende, uitdrukkingen, op de tegenwoordige gesteldheid van zanken toe; waarop ze met geene mogelijkheid kunnen sluiten, als zijnde dezelven reeds vóór de aanneeming der gevestigde Constitutie ontworpen, en in schrift voorhanden geweest. - Te meer zal den opmerkzaamen Lee- | |
| |
zer deze waarheid in het oog vallen, als hij het tafereel der Brandaris Verlichting, 't welk hier gemaald, en in de Caricature zinlijk en allegorisch voorgesteld wordt, met den eersten provisioneelen staat van zaaken, welke eigentlijk door dezelve bedoeld wordt, vergelijkt; en, zoo ik mij niet bedriege, zal elk, van welk eene denkwijze ook, niet anders over dat Tafereel kunnen oordeelen, dan dat het uiterlijk aanzein der zaaken in dien tijd, met hetzelve overeenkomt; het uiterlijk aanzien zegge ik, en meer behoeft de nabootsende kunstenaar niet uittedrukken meer kan hij niet uitdrukken. Hij schetst alleen wat hij ziet; het verborgene, ligt buiten zyn grens, - en dat verborgene is in dit geval het nut dat door die eerste woelingen beöogd, en ook gedeeltelijk bereikt werdt. - Uit dit stand- | |
| |
punt verwagt en vorder ik, dat dit Tafereel beschouwd en beöordeeld zal worden, hoopende voors dat de Leezer van dezen bundel den tijd daar aan besteed, vermaakelijk zal doorbrengen, en dat dus mijn arbeid, bij een weinig moreel, ook eenig Physiek nut aan den Leezer verschaffen moge!
|
|