de. Eenige andere fragmenten van hetzelve zijn door den Heer Mr. w. bilderdijk gemeen gemaakt, in het I D. zijner Taal- en Dichtk. Verscheidenheden, bl. 135 en volgg. Zie ook III D. bl. 133 en volgg., waar van een ander tot hiertoe onbekend handschrift van dit Rijmwerk berigt wordt gegeven. - 't Geen verder deszelfs waarde niet weinig verhoogt, is, dat het niet uit het Latijn of Fransch vertaald, maar oorspronkelijk in het Nederduitsch opgesteld schijnt te zijn. Volgens eene niet onaannemelijke gissing van den Heer willems zou jan of joannes dekens, schrijver der Dietsche Doctrinale, welke in 1345, vijftien jaren na den Spiegel, voltooid werd, mede voor den auteur van dezen te houden zijn, welks maker zich in eene opdragt aan jan III, Hertog van Braband, onder den naam van Jan, u arme clerc, aankondigt. Zie de
Verhandeling enz. van genoemden Heer, I D. bl. 186 en volgg.
Bl. 54, reg. 2 v.o. staat Nederd. Taal- en Dichtkunde, lees Nederd. Tael- en Letterkunde.
Bl. 62, reg. 2, staat 1599, lees 1586.
Bl. 65, reg. 2, staat filips, lees philips.
Bl. 73, reg. 4 v.o. staat Hertspiegel, lees Hertspieghel.
Bl. 74, reg. 4, staat spiegel, lees spieghel.
Bl. 77, Bij de omtrent brugman aangehaalde Schrijvers voege men nog le long in zijne Beschrijvinge van de Reformatie der Stadt Amsterdam, bl. 356-374, waar, van bl. 361-368, een geheel sermoen van dezen beruchten Prediker wordt medegedeeld.
Bl. 100, reg. 2, staat vondel, lees joost van den vondel.
Bl. 132. simon van beaumont, hier slechts in 't voorbijgaan genoemd, verdiende eene breedere melding. Hij toch was, in waarheid, een los en bevallig dichter,