De Pensées van Pascal
(1919)–Cornelia Serrurier– Auteursrecht onbekend
[pagina IV]
| |
Aan Marguerite de Rouville | |
[pagina V]
| |
Een woord voorafDit boek is geen wetenschappelijke studie over de Pensées van Pascal, maar is bedoeld als een gids, een leiddraad voor den leek, bij het lezen der Pensées. Het is een werk van piëteit, dat ik met enthousiasme volbracht. Pascal is bij ons, behalve in enkele theologische kringen, weinig bekend. Zijn taal is - zelfs in het Nederlandsch overgezet - moeielijk. De korte, dikwijls haastig neergeschreven aanteekeningen, die te samen den bundel der Gedachten vormen, eischen veel inspanning van den lezer. Tusschen schoone en bevattelijke fragmenten voor elkeen toegankelijk, staan vele duistere passages en dikwijls onafgemaakte zinnen, die afschrikken. Een geannoteerde uitgave kan goede diensten bewijzen, maar is als wegwijzer niet voldoende. Daarom vergenoegt men zich veelal met een oppervlakkig oordeel. Men beschouwt Pascal als behoorend tot een zekere groep stichtelijke schrijvers, wier werken men gaarne een eereplaats in zijn boekenkast gunt... en niet leest. Om hem ten volle te waardeeren, zoo zegt men elkaar na, moet men van een zekere dogmatische gezindheid zijn; is men dat niet, dan heeft de inhoud der Pensées weinig aantrekkelijks. Door dit boekje hoop ik Pascal nader tot het publiek te brengen en het mijn bewondering voor den grooten wijsgeer en moralist te doen deelen. Een modern Fransch criticus, Victor Giraud, heeft gezegd: ‘het is nauwelijks overdreven te beweren, | |
[pagina VI]
| |
dat de hedendaagsche Fransche geestesrichting door Pascal als 't ware gekweld en vervolgd wordt.’ Inderdaad: ‘gekweld en vervolgd.’ De philosofie van dezen denker verheft zich als een gedachtenkolos op het pad der wijsbegeerte. Niemand kan hem achteloos voorbijgaan; men moet hem beschouwen, of men wil of niet, zijn aandacht aan hem wijden en zelfs zijn tegenstanders, mits zij niet door sectarisme verblind zijn, buigen zich voor zijn genie. Voor den cultus van Renan is die van Pascal in de plaats gekomen. De edities zijner Gedachten (luxezoowel als volksuitgaven) volgen elkaar met snelheid op, maar de geschriften van zóóveel moderne auteurs, de atmosfeer die men er inademt, de grondige kennis van Pascal, waarvan die schrijvers blijk geven, spreken beter dan een statistiek van cijfers. De hedendaagsche wijsbegeerte strijdt evenals Pascal tegen het te ver gedreven intellectualisme en stelt tegenover de rede het gevoel ‘het gevoel dat zijn redenen heeft, die de rede niet kent.’ ‘Men zou inzien’, schrijft Bergson, ‘wanneer men de tusschenliggende schakels in de keten aanbracht, dat de moderne inzichten, die vóór alles de onmiddellijke kennis plaatsen, de intuïtie, het innerlijk leven, zich aan Pascal vasthechten.’Ga naar voetnoot1) Ik heb in deze studie getracht de hoofdlijnen van Pascal's stelsel scherp te doen uitkomen: de eenheid der gedachte aan te toonen, naast de veelzijdigheid der ideeën. Vóór alles heb ik naar duidelijkheid gestreefd. En daarom veroorloofde ik mij om in mijn overzicht van de Pensées - overzicht waarin ik zooveel mogelijk, den denker zelf het woord liet voeren - naast talrijke letterlijke citaten, meermalen de termen waarvan Pascal zich bediende, | |
[pagina VII]
| |
te wijzigen en geheele volzinnen, wier constructie moeielijkheden oplevert, te paraphraseeren, wanneer ik dit voor het juist begrip zijner theorieën, noodzakelijk achtte. Ik weet dat dit als een soort vandalisme beschouwd kan worden en dat ik, door kleurlooze, maar meer begrijpelijke uitdrukkingen, hier en daar in de plaats te stellen van de door den schrijver gebezigde, afbreuk doe aan de schoonheid van het geheel en den zoo persoonlijken stijl van Pascal niet tot zijn recht doe komen. Maar ik herhaal het: dit boekje is uitsluitend bedoeld als een handleiding bij het lezen der Pensées. Moge het hun, voor wie het bestemd is, een opwekking zijn om kennis te nemen van het geschrift zelf. Ik heb slechts willen aanduiden dat er een schat van wijsheid en schoonheid in te vinden is, die de inspanning van het lezen ruimschoots vergoedt. Mijn vele citaten kunnen den lezer niet ontheffen van de moeite het oorspronkelijke werk zelf ter hand te nemen. Ik moest een keuze doen in den overvloed - een zeer persoonlijke keuze - waarin ik mij bovendien moest bepalen om zooveel mogelijk de gedachten aan te halen die Pascal's hoofdtheorieën het scherpst omlijnen; vele schoone en diepzinnige fragmenten heb ik, als niet in direct verband met het geheel staande, ter zijde moeten laten. Met blijdschap begroet ik Mej. Fenna de Meyier's uitnemende Nederlandsche overzetting der Pensées, die weldra in de Wereld-Bibliotheek het licht zal zien. Voor de talrijke in mijn tekst voorkomende citaten, maakte ik dankbaar gebruik van dit werk (dat reeds grootendeels in manuscript gereed is) en van de bekende vertaling van Loosjes. In mijn overzicht van den inhoud der Pensées, heb ik de nieuwe classificatie, in 1897 door den heer Brunschvicg ingevoerd en die belangrijk van alle voorgaande afwijkt, op den voet gevolgd. | |
[pagina t.o. 1]
| |
BLAISE PASCAL
Naar een schilderij van Quesne (Verzameling Markies Doria) |
|