| |
| |
| |
Lijst van geschriften van Emile Seipgens
Deze lijst is gebaseerd op de bibliografie van Prof. Dr. Jan ten Brink, zoals die gepubliceerd werd achter het levensbericht van Seipgens in ‘Handelingen en Mededeelingen van de Maatschappij der Nederlandsche Letterkunde’, 1896-1897.
Zijn taalkundige werken en tekstuitgaven zijn hier weggelaten, terwijl talrijke verbeteringen en aanvullingen zijn aangebracht.
1854-1857: Onuitgegeven gedichten: Artulf en Elfriede; De laatste Noorman; De Vadermoord: Episode uit Siegfried van Brederode; De Oude Speelman; De Notariszoon; Episode uit het leven van Jan van Weert; De Dood en het Meisje; Nachtmuziek; Dametas, herderszang; Hans en Grete; Het Feest van Dametas, Herderszang; Aan een Paar Jong-gehuwden; De Speelman van het Dorp; Aan Roermond's Harmonij; De Maas, I, II, III, IV; De Minnezanger; Feestdronk; De Avondstond. |
A/1858: Keuze uit dichtstukken van het Letterkundig Genootschap: ‘de Lelie’ te Roermond. Roermond J.J. Romen. Hierin komen van Seipgens de volgende gedichten voor:
Smederslied; Een jeugdig Paar; De Blinde; Miserère; Thijl en Thilde; Uit Vroeger Dagen; Aan een Missionaris; Karel V; Des Zangers Harp en Bruid; Eens en Nu; Zangers Morgenlied; Zangers Wensch; Drie Bloemen. |
B/1857-1864: Volksalmanak voor Nederlandsche Katholieken, bijeengebracht door J.A. Alberdingk Thym en H.J.C. van Nouhuys. Amsterdam, C.L. van Langenhuysen.
Hierin komen voor: |
1857: Onrust-Miserère. |
1859: Oost, West! Liederen. |
1860: Melodieën op de heide. |
1862: Bij de lijkbaar eens armen. - Leed. |
1864: Uit mijn reisboek. - Gebed eens jongen dichters. |
C/1882: Van de Schelde tot de Weichsel. Nederduitsche dialec- |
| |
| |
ten in dicht en ondicht, uitgekozen door J.A. en L. Leopold. Groningen, J.B. Wolters.
Hierin komen voor:
Jeanbatist (fragment uit een onuitgegeven novelle); Löstig Peerke, de muldersgezèl; De zaatlap aan ziin naas; Ne-waor, Marie, ne-waor?. |
1857: Limburgsche Legenden. Roermond, J. Timmermans. |
1864: Schinderhannes. Opera-bouffe. Roermond, J. Timmermans (talrijke herdrukken). |
1872: ‘De leste Schlaag’ of Vrije Verkiezingen in Limburg. Blijspel in 3 akten in Roermondsch taaleigen. Roermond, J. Raemaekers. |
1873: Een Fransch krijgsgevangene, blijspel. Amsterdam, G. Theod. Bom. |
1875: De Watermolen aan de Vlierbeek. Drama in 4 akten. Amsterdam, G. Theod. Bom.
In 1878 verscheen hiervan een Duitse vertaling van de hand van de auteur zelf: Die Wassermühle am Fliederbach, opgenomen in Dramatische Unterhaltungsblätter, St. Gallen 1878. |
1876: Philips van Artevelde, Ruwaard van Vlaanderen, niet in de handel. Uitgever onbekend. Een fragment hiervan verscheen in Nederland 1886, 2e deel. |
1880: De kapelaan van Bardelo, Tooneelen uit Limburg. Eigen Haard 1880.
Herdrukt in: Uit Limburg 1881.
Herdrukt in: De kapelaan van Bardelo, met levensbericht van den schrijver door Prof. Dr. Jan ten Brink. Gent 1898 J.
Vuijlsteke en Amsterdam Cohen Zonen.
In 1893 verscheen een Engelse vertaling getiteld: The Chaplain of Bardelo in: The modern Church. A Journal of Scottish Religious Life. 1893 no. 76-82. |
1880: Toen Leneke dood was. In: Weekblad de Amsterdammer 1880.
Herdrukt in: Uit Limburg 1881. |
1881: Uit Limburg. Novellen en Schetsen. Arnhem, J. Rinkes 1881.
|
| |
| |
Hierin komen voor: Komedianten; De Heeren van Wiedenholt; Toen Leneke dood was; De kapelaan van Bardelo. |
1882: Willem Looimans, de gierebast. In: Nederland 1882, 2e deel.
Herdrukt in: In en om het kleine stadje 1887. |
1883: 't Ezelesjeeske. In: Weekblad de Amsterdammer 1883. |
1883: Jozef Sebaldus. In: Almanak van 't Nut 1883.
Herdrukt in: In en om het kleine stadje 1887.
Herdrukt in: Roermondsche schetsen 1946. |
1885: Regina. In: Almanak van 't Nut 1885.
Herdrukt in: Langs Maas en Geul 1890. |
1885: De Zwambroers. In: Nederland 1e en 2e deel 1885.
Herdrukt in: In en om het kleine stadje 1887. |
1886: De Ruwaard van Vlaanderen. Treurspel. In: Goeverneurs Oude Huisvriend 1886.
Herdrukt z.j. |
1886: Rooie Hannes. In: Nederland 1886 2e deel.
Herdrukt in: Langs Maas en Geul 1890.
Herdrukt bij: K. van Hulst te Kampen 1889. |
1887: De Zevende, een Limburgsch Herbergvertelselke. In: de Amsterdammer, 27 maart 1887.
Herdrukt in: Langs Maas en Geul 1890.
Vertaald in het Duits onder de titel: Der Siebente. In: Hallische Zeitung 1893 nr. 245.
Eveneens opgenomen in: ‘Aus fremden Zungen’, Deutsche Verlaganstalt, Stuttgart 1893. |
1887: Niet gevonden. In: de Gids 1887.
Herdrukt in: Langs Maas en Geul 1890. |
1887: In en om het kleine stadje. Limburgsche Schetsen en Novellen. Amsterdam, P.N. van Kampen en Zoon 1887.
Hierin komen voor: De stem van Kobus Mulders; Willem Looimans, de gierebast; Jozef Sebaldus; Hoe Mathis Knoups ‘liberaal’ en weer ‘Katholiek’ werd; De Zwambroers. |
1889: Rooie Hannes, Tooneelspel in 5 bedrijven. Kampen, Laurens van Hulst. |
1889: Jean. In: de Gids 1889.
|
| |
| |
Herdrukt in: Jean, 't Stumpke, Hawioe-Ho. P.N. van Kampen, Amsterdam 1893.
Herdrukt in: Jean. Publiciteitsbureau Veldeke. Maastricht 1944.
Vertaald in het Engels in: The Modern Church 1893 nr. 6166. |
1890: Zijn Zoon. In: Almanak van het Nut 1890.
Herdrukt in: Een Wilde-Rozenkrans 1894. |
1890: 't Stumpke. In: de Gids 1890.
Herdrukt in: Jean, 't Stumpke, Hawioe-Ho 1893.
Herdrukt in: Jean. Publiciteitsbureau Veldeke. Maastricht 1944. |
1890: Langs Maas en Geul. Amsterdam, P.N. van Kampen en Zoon 1890.
Hierin komen voor: Niet gevonden; Desiré en Piet; Regine; het legaat van Appele-Mie; Herbergvertelselkes: In 't Golje Kraenke, De blauwe domino's, De Zevende. |
1892: Adrienne. In: Almanak van 't Nut 1892.
Herdrukt in: Een Wilde-Rozenkrans 1894. |
1892: De Moordenaarster. In: de Gids 1892.
Herdrukt in: Een Wilde-Rozenkrans 1894. |
1893: Jean, 't Stumpke, Hawioe-Ho. Amsterdam, P.N. van Kampen en Zoon 1893.
Herdrukt in: Jean. Publiciteitsbureau Veldeke. Maastricht 1944. |
1893: De drie Biechtvaders van Mevrouw van Schwarzenburg. In: Elseviers geïllustreerd Maandschrift 1893 deel I.
Herdrukt in: Een Wilde-Rozenkrans 1894. |
1894: De Schnatz geit nao den Oost. In: Leeskabinet 1894 deel I.
Herdrukt in: Een Immortellenkrans 1897.
Herdrukt in: Roermondsche Schetsen 1946. |
1894: De zûpers van Blienbèèk. In: de Gids 1894. |
1894: Een Wilde-Rozenkrans. Amsterdam, P.N. van Kampen en Zoon 1894.
Hierin komen voor: De drie Biechtvaders van Mevrouw van
|
| |
| |
Schwartzenburg; Adrienne; Hoe er van Maaszicht een kloosterke werd; Volkomen gelukkig; de collatie van Meneer Pastoor; Zijn Zoon; Een Moordenaarster; Ultima Rerum.
Ultima Rerum werd gedeeltelijk herdrukt in: Roermondsche Schetsen 1946. |
1895: De Dassenjacht. In: Kunstkroniek 1895.
Herdrukt in: Een Immortellenkrans 1897.
Herdrukt in: Roermondsche Schetsen 1946. |
1896: De grootste heilige in den hemel. In: Leeskabinet 1896 deel I.
Herdrukt in: Een Immortellenkrans 1897. |
1896: Weifelende Liefde. In: Nederland 1896 deel II.
Herdrukt in: Een Immortellenkrans 1897. |
1897: Een Immortellenkrans. Amsterdam P.N. van Kampen en Zoon 1897.
Hierin komen voor: Madlle Louise; Weifelende Liefde; De Schnatz geit nao den Oost; De zûpers van Blienbèèk; Het manuscript van den kluizenaar; De Dassenjacht; De grootste heilige in den hemel. |
1897: Daniël. Amsterdam, P.N. van Kampen en Zoon 1897. z.j.: Van Hollandschen bodem: novellistische bijdragen van Jo van Sloten, Johan Gramm, Justus van Maurik, Willem Otto en Emile Seipgens. Amsterdam, Holkema en Warendorf.
Hierin zijn van Seipgens opgenomen: Kermiszondag; De Primadonna. |
1944: Jean. Publiciteitsbureau Veldeke. Maastricht 1944. Hierin komen voor: Jean; 't Stumpke; Hawioe-Ho. |
1946: Roermondsche Schetsen. Roermond, de Maas- en Roerbode 1946.
Hierin komen voor: De Dassenjacht; De Schnatz geit nao den Oost; Jozef Sebaldus; Ultima Rerum; 't Legaat van Appele-Mie; Jean Batist. |
1951: Lofzank op Remunj. In: Tijdschrift Veldeke 1951. |
1951: Remunj. In: Tijdschrift Veldeke 1951. |
1951: In de waireld is ein kaigelbaan. (samen met H. Pieters) In: Tijdschrift Veldeke 1951. |
| |
| |
1952: De Melankolie. In: Tijdschrift Veldeke 1952. |
1952: In 't Golje Kraenke. In: Tijdschrift Veldeke 1952. |
1952: De Liederenkrans van Remunj. In: Tijdschrift Veldeke 1952. |
1953: Ne-waor, Marie, ne-waor? In: Tijdschrift Veldeke 1953. |
1955: Het is gei goldj alwaat er blinkt. In: Tijdschrift Veldeke 1955. |
1972: Nae-waor, Marie, nae-waor?; Löstig Peerke, de muldergezèl; De zaatlap aan ziin naas. In: P. v.d. Goor: Emile Seipgens in de juffrouw Idastraat. Tijdschrift Veldeke 1972. |
1976: Jean Batist; Nae-waor, Marie, nae-waor? In: Mosalect. Bloemlezing uit de Limburgse dialectliteratuur. Veldeke, Heerlen 1976. |
|
|