Nis en nimbus(1933)–Jacques Schreurs– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 43] [p. 43] Sinte Caecilia. De maagd Caecilia die ieder kent als melodie en bruid en zuiver instrument, waarop God zell zoo fijne dingen speelde dat Orpheus' lier verveelde en heel 't Romeinsche Rijk geraakte van de wijs; - Caecilia, die blij en katholiek, en over héél de aarde, statig in vanen staat en veel standaarden als patronesse der muziek en die, - tot welken prijs! - nu zij beveiligd leeft in 't paradijs, waar haar geen handen meer onteeren, den kerkelijken zang moet patroneeren en droef en wijs wanneer de zangen haar ter eere teeren voor God zingt miserere..... Ziet nu, hoezeer zij Satan moest mishagen dat hij jaloersch haar gaat belagen en, reeds vanaf zijn oorsprong valsch, haar trof in 't alleredelst deel: haar zangerige ziel, haar zilveren keel en lelie-witte hals. Sancta Caecilia, in uwe keel gewond, maak onzen koor-zang weer gezond; wil Satan door ons zingen eens beschamen en bid voor alle zangers dezer aarde. Amen. [pagina 44] [p. 44] Vorige Volgende