Ten slotte
In de inleiding tot dit hoofdstuk heb ik een aantal redenen genoemd waarom ik het in deze studie opnam, en ik heb daarbij o.m. gewezen op de mogelijkheid om, door een confrontatie van mijn onderzoek met wat anderen over De Gemeenschap schreven, eigen conclusies te formuleren.
Gezien de diversiteit van de thematiek in de Gemeenschap-literatuur heb ik gemeend die confrontatie de vorm te moeten geven van een samenvattend commentaar aan het slot van elke bespreking. Ik vind dat het daarbij op het vlak van conclusies ook moet blijven en dat het heterogene karakter van de besproken publikaties geen aanleiding mag zijn tot geforceerde generalisaties.
Wel meen ik tenslotte nog eens te mogen vaststellen, dat het kritisch karakter van mijn commentaar - het herhaaldelijk aanwijzen van onjuistheden, van onvolledigheid en vertekenende overaccentuatie - veroorzaakt bleek door het feit dat men in de gegeven typering van De Gemeenschap te zeer gefixeerd was op één bepaald aspect en/of de verschijningsvorm daarvan op een bepaald moment. Als zodanig, in dat kritisch karakter, kan ik dit hoofdstuk dan ook aanbieden als een ‘laatste’ motivering voor de opzet van deze studie: een beschrijving en samenvatting te bieden van overwegende aspecten van De Gemeenschap, in hun eigenheid en in hun samenhang, en in hun met de tijdsontwikkeling en met de persoonlijke schakeringen binnen de redactie gegeven nuances.