L.S.
Bij den vierden druk van Het Geloof van den Nieuwen Mensch schreef ik onder meer:
‘In Mensch en Natuur begon ik het nieuwe beeld van de objectieve werkelijkheid te ontwerpen, zooals het, in wezen, groeien moet als innerlijke en uiterlijke daad van de nieuwe persoonlijkheid. Dat zál ik verdiepen en verbreeden en positiveeren in een volgend werk, waarin het nieuwe wereldbeeld wil komen tot controleerbare juistheid, tot bewust doorschouwde werkelijkheid, tot .... exacte schoonheid.’
Dit werk wordt U hierbij gegeven.
Het bevat een reeks cursusvoordrachten over ‘positieve mystiek’ of ‘beeldende wiskunde’, die door harde verstandelijkheid heen naar beeldende redelijkheid streeft. Ik had allen, die aan den cursus deelnamen, verzocht, door het stellen van vragen en vrije gedachtewisseling mij in voortdurend en ongedwongen contact met hen te houden. Mijne hoorders hebben mij niet teleurgesteld. In menig hoffelijk debat heb ik veel van hen geleerd. Zij hebben daardoor krachtig meegewerkt aan dit boek, en ik ben er hun oprecht dankbaar voor.
M. SCHOENMAEKERS.
Laren, Juli 1914.