Het fluitketeltje en andere versjes

[p. 27]

Wie wil er een glaasje grenadine?

Wie wil er een glaasje grenadine?
Wie wil er een glaasje, zei tante Tine,
het is toch zo lekker, het is toch zo lekker!
Wie trekt er voor mij aan de kurketrekker?
Komaan, zei de schipper van Hollekebrok,
hij trok en hij trok en hij trok en hij trok...
En juffrouw Van Son met haar nieuwe japon,
die trok zo hard als ze trekken kon,
meneer Dupree en meneer De Bree,
die hielpen natuurlijk een handje mee,
ze zetten zich allemaal schrap op hun sokken,
ze trokken en trokken en trokken en trokken!
En ook juffrouw Knips, de schooljuffrouw
die vreselijk graag een glaasje wou.
Daar gaat ie, van hup! zei tante Tine
en pufte en blies als een stoommachine
en nu nog een laatste ruk, alle zes!
En toen opeens flop! zei de kurk van de fles.
De schipper van Hollekebrok, o, wee,
meneer Dupree en meneer De Bree
en juffrouw Van Son en juffrouw Knips,
ze vielen allemaal op hun bibs.
Och, het zou heus nog zo erg niet zijn,
maar... 't was per ongeluk terpentijn...