De spin Sebastiaan(1966)–Annie M.G. Schmidt– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 112] [p. 112] Insektenbevolkingsregister In het bos, bij de mieren en spinnetjes ist'er een mieren- en spinnen-bevolkingsregister, dat hebben ze daar zo ingesteld, daar worden de mieren en spinnen geteld; en de man, die dat doet, dus de leider daarvan, is Bartholomeus Wortelman. Om te beginnen telt hij de spinnen, telt hij de mieren en andere dieren, dan telt hij de torren en zegt: Allemachtig, het zijn er tienduizend, vijfhonderd en tachtig! Hij heeft al die beesten eerst op moeten stellen zo achter elkander, dan kon hij ze tellen, ze lopen in lange rijen voorbij: een sprinkhanen-rij en een torretjes-rij, de sprinkhanen hupsen, dan komen de rupsen, dan komen de vlinders als fleurige kinders, maar dan zegt Bartholomeus verwonderd: Waar blijven de bijen? Ik tel er maar honderd! Toen kwam er een bij uit de bijenkolonie, een grimmige bij met een grimmige tronie. Hij zei: Compliment van de koningin en wij doen niet mee, want we hebben geen zin! Dat lopen in rijen [pagina 113] [p. 113] dat is niks voor bijen, wij willen niet zeuren maar honing gaan peuren! Wij hebben geen tijd, maar de bijen die vrij zijn die mogen er dan voor de aardigheid bij zijn. Maar Bartholomeus was ook niet van gister! Hij riep: Het is hier een Bevolkingsregister! En als ze niet meedoet, die koningin, dan gaat ze gewoon de gevangenis in! Toen gingen die bijen aan 't razen en zeien: Pas op, we gaan steken! We zullen ons wreken! En iedereen vluchtte, totaal van de kook, en Bartholomeus Wortelman ook. En sinds die grote ruzie kwam er niets meer van tellen, is dat niet jammer? Nu zul je nooit weten, Jan, Piet en Hein hoeveel spinnen en bijen en kevers er zijn... Vorige Volgende