Verzamelde werken 1942-1944

[p. 258]

67. Moderamen van de Generale Synode van Utrecht 1943-1945 aan Schilder d.d. 12 juni 1944^1.

Weleerwaarde hooggeleerde heer en broeder,

Het deed ons als moderamen der gen. synode ten zeerste leed uit uw brief van 5 juni jl. te vernemen, dat het niet mogelijk is een ontmoeting, als door de synode begeerd werd, te arrangeeren.

Gezien deze omstandigheden wenden wij ons als moderamen schriftelijk tot u met het volgende. In het rapport over de met u op 16 maart jl. gehouden samenspreking, welk rapport door de drie broeders, die u bezochten,^2. is onderteekend, wordt aan het einde meegedeeld:

‘Daarop werd door dr. Polman nog een laatste voorstel gedaan. Wanneer prof. Schilder van elke onkerkelijke actie zou afzien en zich tot de volgende synode zou wenden, dan - al kon hij natuurlijk niet namens de synode spreken - had hij de stellige verwachting, dat de synode dan ook van alle verdere handelingen zou afzien en alles aan haar opvolgster zou overgeven’.

De vraag is nu, of u zich met de weergave van dit deel van het gehouden gesprek vereenigen kunt. Indien dit het geval is, zouden wij gaarne van u vernemen, wat daarop, naar uw herinnering, uw wederwoord is geweest.

Gaarne zien wij hierop uw antwoord tegemoet vóór of uiterlijk op 21 juni aan het adres van laatst ondergeteekende.

Eveneens ontvangen wij gaarne bericht, of u al dan niet blijft bij het antwoord op de bekende u door de synode gestelde vragen en zulks ook vóór of op 21 juni a.s.

Met toebidding van de leiding des Heiligen Geestes en met broedergroet, w.g. G.C. Berkouwer, praeses

J. Hoek, scriba

's Gravenhage, 12 juni 1944

1. Origineel in Archief-Schilder.

2. Deze broeders waren dr. F.W. Grosheide, dr. A.D.R. Polman en ouderling A. Nauta.