Verzamelde werken 1942-1944

[p. 46]

6. Schilder aan het moderamen van de Generale Synode van Utrecht 1940-1943 d.d. 17 juli 1942^1.

Op reis, 17 juli 1942

Aan het moderamen der Generale Synode van Sneek

Hooggeachte heeren en broeders,

Tot mijn spijt ben ik genoodzaakt buiten Kampen te vertoeven.^2. Ik moet daarom afzien van een voorgenomen uitvoerig schrijven aan u, en aan de eventueel volgende bijeenkomst der afgevaardigden naar de Generale Synode van 1939 te Sneek, waarin ik voornemens was uiteen te zetten, op welke gronden ik meen, dat deze afgevaardigden geen recht hadden, zich te continueeren; en besluiten die zij mochten nemen zonder zich te beperken tot het agendum, dat blijkens de Acta van Sneek 1939 is vastgesteld, niet als besluiten eener wettige synode kan erkennen.

Met het oog op de toekomst van ons gereformeerde leven en de, naar ik hoop, toch wel eens terugkeerende mogelijkheid van publicatie, acht ik het althans in dezen vorm noodig, vast te leggen, dat ik zelfcontinueering dezer deputaten kerkrechtelijk ongeoorloofd acht, al ben ik helaas gedwongen af te zien van verdere argumentatie. In mijn tegenwoordig verblijf beschik ik over geen enkel studieboek.

Met vr.gr. hoogachtend

Uw dn. w.g.

1. Origineel in Archief-synode.

2. Schilder doelt hier op het feit dat hij sinds 13 juli 1942 moest onderduiken. Zie inleiding.