Verzamelde werken 1917-1919
(2004)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 277]
| |
58. Van Amerika, Dokkum en VlaardingenGa naar voetnoot1.In het laatste nummer van het weekblad ‘de Wachter’, komt een correspondentie voor tusschen Ds. B. van der Werff te DokkumGa naar voetnoot2. en den hoofdredacteur Ds. G. Doekes te Nieuwdorp.Ga naar voetnoot3. Eerstgenoemde vraagt inlichting over een uitlating van ds. Doekes, dat naar zijn overtuiging iemand ‘met een vrij geweten kan strijden voor de bestendiging van den bestaanden toestand’ van plaatselijke gedeeldheid tusschen A en B, ook daar in Dokkum. Ds. Doekes licht zijn uitspraak aldus toe: ‘Naar mijne overtuiging ontbreekt genoegzame grond voor de stelling, dat in een burgerlijke gemeente slechts ééne kerkelijke gemeente mag zijn. In Amerika heeft men verschillende gemeenten in één stad. En inplaats van allen tot één plaatselijke kerk te vereenigen, gaat men integendeel een nieuwe gemeente organiseeren, wanneer er uitbreiding komt.Ga naar voetnoota. Het is daar regel: in elke gemeente slechts één predikant; wordt ze te groot,Ga naar voetnoota. dan maakt men er twee gemeenten van’.Ga naar voetnoot4. Niet onmogelijk, dat deze redeneering ook in Vlaardingen opgeld doet. Maar kan zij werkelijk dienen als argument tegen plaatselijke ineensmelting? Ik kan het in dezen niet met Ds. Doekes eens zijn. Wat Z. Eerw. noemt, raakt, dunkt me, iets heel anders. Zelf zegt hij, dat, wanneer er uitbreiding komt, dat | |
[pagina 278]
| |
dàn op splitsing aangestuurd wordt. Ieder voelt, dat de reden van dit gescheiden leven in zoo'n geval niet ligt in oude veetes, of in vermeende leergeschillen of in ik weet niet wat voor andere bezwaren, maar enkel en alleen in plaatselijke woontoestanden, in de te groote afstanden, in het te ver uit elkaar liggen van de stadswijken. Iemand, die in het zuiden huist, zal den zetel van zijn kerkeraad, het huis van zijn predikant, de kerk waar hij een plaats heeft, niet in het noorden moeten zoeken, of omgekeerd. Ook zal in zoo'n geval een lid van kerk no. 1 niet een eind voorbij het gebouw van kerk no. 2 moeten loopen om - op zijn plaats te zijn. Maar dat alles ziet ge wel degelijk gebeuren in die plaatsen, waar de gedeeldheid nog te wijten is aan ‘A’ of ‘B’. Toen in Rotterdam, Den Haag, Amsterdam die splitsing nog bestond, toen was dat toch heel iets anders, dan wat ds. Doekes in die Amerikaansche steden heeft geconstateerd. Om in die 3 genoemde plaatsen te verkrijgen, wat in Amerika gebeurt, zou men eerst moeten samensmelten, en dan gaan splitsen in onder-kerken naar den maatstaf van de woonplaats. Ieder weet, dat het Amerikaansche model niet past op wat men A en B noemt. Dat men nu elkaars kerken voorbijloopt. Dat de scheiding niet ontstaan is door de grootte der stad. Dokkum is tenminste nog geen wereldstad met ‘wolkenkrabbers’, Vlaardingen ook niet. Hier bij ons is een zekere oneenigheid de oorzaak van het minzame groetje, waarmee men elkaar pleegt voorbij tegaan. En die mag niet blijven bestendigd. Wil men parochievorming, 't zou in Vlaardingen dezelfde grootdoenerij wezen als b.v. de maatregel, om op den Schiedamschen weg rechts te houden en vooral niet stil te staan óók op tijden, dat men hier en daar in de verte 'n mensch ontdekken kan en 'n hondje; meer niet. Maar als het wezenlijk daarheen moet, laat dan eerst wie bij de Kuiperstraat woont, daar kerken mogen, wie in den omtrek van de Landstraat gevestigd is, daar een plaats mogen nemen en wie aan den Binnensingel verblijf houdt, in die kerk mogen gaan in den ordelijken weg van samensmelting. Dat zou zijn Amerikanisme in Vlaardingen-city en Dokkum-town. Maar het A- of B systeem in Dokkum met nog geen 4000 en Vlaardingen met nog niet heelemaal 25000 inwoners is dat niet. Ik kan tenminste met den besten wil niet anders de zaak bezien. |
|