Een schrift-geleerde aan het Woord. Deel 1
(1995)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 2]
| |
Illustratie pag. 2:
Een bladzijde uit een preekschrift van K. Schilder, waarin hij in punten een preek noteerde over Handelingen 2:7, 8, 11b. ‘Het tekstwonder op het Pinksterfeest’; voor het eerst gehouden te Vlaardingen op 19 mei 1918. | |
[pagina 7]
| |
Woord voorafIn de jaren 1954 tot 1957 werden in de Verzamelde Werken van prof. dr. K. Schilder drie delen met preken uitgegeven.Ga naar eind1. In totaal betrof het een verzameling van honderd-en-drie preken uit een periode van bijna veertig jaar, van 1914 tot 1952. Het is nu bijna veertig jaar geleden dat deze bewaard gebleven preken van Schilder het licht zagen. Daardoor is de bereikbaarheid van deze preken niet groot en het gevaar is niet denkbeeldig, dat dit belangrijk aspect van Schilders kerkelijke en theologische arbeid op de achtergrond raakt. De afstand tussen Schilder en zijn werk dreigt steeds groter te worden. Dan behoeft niet zozeer gedacht te worden aan de decennia die ons van het actieve leven van deze predikant en hoogleraar, van deze theoloog en journalist scheiden. Afstand kan met name ontstaan, wanneer zijn werk niet meer gelezen en bestudeerd wordt of wanneer er, om welke reden dan ook, een vertekening ontstaat van de intenties van zijn theologie en een verkeerde beeldvorming rond zijn persoon wordt opgeroepen. Voor een helder beeld van zijn persoon en werk zijn juist zijn preken belangrijk. Zij brengen Schilder dicht naar ons toe. In zijn preken en Schriftoverdenkingen komt het, meer nog dan in zijn monografieën en journalistieke arbeid, zelfs meer nog dan in zijn correspondentie, tot een persoonlijke ontmoeting met Schilder. Daarbij voegt zich het gegeven, dat de inhoud van zijn boodschap nog niets van zijn kracht en actualiteit heeft verloren en de door hem ontwikkelde heilshistorische methode van Schriftuitleg nog niets aan waarde heeft ingeboet.
Bestudering en overdenking van Schilders preken zal ons in ie- | |
[pagina 8]
| |
der geval afhouden van het oordeel, dat zijn theologie en omgang met de Schrift zozeer als een verschroeiend vuur, ja, als een vuurbal op de mens afkomt, dat voor de barmhartigheid van God, de vrijheid van de genade en de rust van het volbrachte werk van Christus geen ruimte overblijft.Ga naar eind2. Tevens zal, aan wie van zijn preken kennis neemt, duidelijk worden dat er in deze Woordverkondiging van een persoonlijke betrokkenheid op Christus sprake is. De bewering, dat Schilder zich in de prediking van de Christus zozeer richt op de ambtsgedachte en op de kerk, dat de persoonlijke geloofsrelatie met Christus niet aan de orde komt, wordt door zijn preken zelf weerlegd en is onjuist te noemen.Ga naar eind3.
In twee delen van de RB-serie zullen een aantal van Schilders preken opnieuw worden uitgegeven. In dit eerste deel zijn een zestal preken te vinden, die de ontwikkeling laten zien van de jonge, begaafde predikant naar de volgroeide, beroemde prediker en veelbelovende hoogleraar. Deze preken beslaan een periode van ongeveer twintig jaar. Aan deze preken gaat een inleiding vooraf, waarin het kerkelijk en theologisch kader van Schilders predikantsjaren wordt beschreven. Exegetische en homiletische achtergronden, theologische ontwikkelingen in de Gereformeerde Kerken en daarbuiten en de reacties daarop van Schilder, toegespitst op zijn uitleg van en omgang met de Schrift, komen aan de orde. In het tweede deel zullen acht of meer preken te vinden zijn, die een beeld van Schilders prediking uit de laatste periode van zijn leven geven. Deze preken zullen worden voorafgegaan door een inleiding, die aandacht schenkt aan de ontwikkeling van de heilshistorische prediking na Schilder en aan actuele discussies over de prediking in de Gereformeerde Kerken. | |
[pagina 9]
| |
Van de bewaard gebleven preken van Schilder zag het overgrote deel voor het eerst het licht bij het verschijnen van de drie delen met preken in de Verzamelde Werken. De oudste overgebleven preken van Schilder zijn neergeschreven, deels geheel en al uitgewerkt, deels in de vorm van een uitgewerkte schets, in zogenaamde preekboekjes. Dat zijn voornamelijk preken uit zijn eerste gemeente Amt-Vollenhove, waar hij van 1914 tot 1916 stond, en uit zijn tweede gemeente Vlaardingen, waar hij van 1916 tot 1919 predikant was. Zo leert men de jonge Schilder kennen en ziet men hem uitgroeien van een begaafd kandidaat tot een bekend predikant. In deze preken van de jonge predikant herkent men veel van de ervaren prediker van later. Daarnaast zijn er preken bewaard gebleven, die door Schilder zelf in een of andere vorm zijn gepubliceerd, voornamelijk in de prekenserie Menigerlei Genade. Uit de twintiger jaren betreft het zeven preken, uit de dertiger jaren een vijftal preken. Eén preek verscheen in 1945 in de serie Wederkeer. Een enkele keer publiceerde Schilder een preek in de kerkbode van de kerk die hij diende. Van vele preken van Schilder zijn in de loop der jaren, waarin hij zondag aan zondag in onderscheiden kerken in het land voorging in de dienst des Woords, door meerdere personen verslagen gemaakt. Een zeer groot deel van de bewaard gebleven preken vormen die, welke stenografisch werden opgenomen door mejuffrouw C. Brandsen te Rotterdam.Ga naar eind4. Deze stenografisch opgenomen preken zijn bijzonder waardevol, omdat men daar in directe zin Schilder als man van de kansel leert kennen. Al lezende hoort men de levende stem en wordt men geconfronteerd met de directheid van zijn taal, het verrassende van zijn uitdrukkingswijze, de levendigheid van zijn uitbeeldingsvermogen, de concreetheid van zijn spreken, het geniale van zijn combinatievermogen en het levende contact met de naar hem luisterende gemeente. | |
[pagina 10]
| |
Van Schilder zijn over een periode van bijna veertig jaar ruim honderd volledige preken bewaard gebleven. Een volledig overzicht van de ontwikkeling van Schilders prediking ontvangen wij niet. Bovendien zijn er hele perioden, waaruit geen preken voorhanden zijn. Uit de wel bewaard gebleven preken is een beperkte, maar zo verantwoord mogelijke selectie gemaakt, waardoor iets van de ontwikkeling van Schilder als prediker zichtbaar wordt, zijn heilshistorische methode van Schriftuitleg duidelijk naar voren komt, belangrijke thema's uit zijn theologie doorklinken en de veelzijdigheid van zijn omgang met de Schrift blijkt. Aan het einde van de inleiding, die aan de tekst van een zestal preken vooraf gaat, zal bij elk van de gekozen preken een korte weergave van de inhoud geboden worden; tevens zal een verantwoording van de keuze van iedere preek gegeven worden. Bij de tekst van de preken zal een beperkt aantal verklarende aantekeningen worden aangetroffen.
De hier geboden selectie van preken van Schilder wordt vooraf gegaan door een inleiding over Schilder, de Schrift en de prediking. Schilder wordt daarin getekend als prediker die, staande in de exegetische en homiletische traditie van de Theologische School te Kampen en van de Vrije Universiteit te Amsterdam, de roep om vernieuwing van de prediking, die alom in de Gereformeerde Kerken klonk, heeft verstaan en daaraan met effect gewerkt heeft. De kerkelijke en theologische fronten, waartegen hij enkele tientallen jaren heeft moeten strijden, worden zichtbaar gemaakt. We geven aan hoe zijn ontwikkelingsgang in het verstaan van de Schrift is geweest. En we ontdekken hoe zijn aandacht voor de geschiedenis van de Godsopenbaring heeft geresulteerd in de heilshistorische methode van Schriftuitleg. Hoe deze heilshistorische wijze van preken in de praktijk functioneert laten we zien aan de hand van een aantal preken die Schil- | |
[pagina 11]
| |
der met Kerst, Pasen en Pinksteren gehouden heeft. Het hoogtepunt van Schilders heilshistorische omgang met de Schrift is ongetwijfeld zijn trilogie Christus in Zijn Lijden. Dit werk wordt hier buiten beschouwing gelaten. Elders hebben we van deze trilogie een uitvoerige analyse gegeven.Ga naar eind5. We besluiten de inleiding met een paragraaf waarin we er op wijzen, hoe hij een instrument in Gods hand mocht wezen om op zijn eigen, unieke wijze met datgene wat de Vader der geesten in hem, individueel en eenmalig, had gelegdGa naar eind6., dienaar van het Woord te zijn. |
|