Schriftoverdenkingen. Deel 1 (Verzamelde werken afdeling II)
(1956)–K. Schilder– Auteursrechtelijk beschermdGebod en levensontplooiing.Ga naar voetnoot1)Al deze dingen zal ik U geven, indien Gij, nedervallende, mij zult aanbidden. Satan is de vernufteling; hoevéél heeft hij verstaan van de heilige orde Gods! De eerste verzoeking raakt het brood; het leven. De tweede het ambt: de levensopenbaring. De derde de macht: de levensontplooiing. En is dat niet de prachtige orde? Huiver, o mens. Want deze orde is zowel goddelijk als demonisch: eerst zijt ge wat, dan openbaart zich wat ge zijt, en tenslotte ontplooit het zich in zijn volle breedte. Uw kind is er eerst; daarna begint het de menselijke eigenschappen te vertonen, het begint te spreken en te lopen en te denken. En eindelijk ontplooit het leven zijn volle banen: het komt tot zijn macht. En dat geldt van alle bestaan. Zowel het belialskind als de schone erfgenaam en beelddrager Gods maken den weg door van leven tot levensopenbaring en levensontplooiing. - En hoor nu den duivel sissen: Ha, gij zijt immers Gods Zoon, wereldkoning, erfgenaam van de wereld? Hier ligt de wereld open en bloot voor u; al de koninkrijken. Kniel voor den Overste dezer wereld; en al die macht is voor u, Christus! Ge kunt dan uw scepter zwaaien en uw leven, dat dorst naar heerschappij, ontplooien in al zijn breedte. Kom, wees een koopman; vergeet de 99 hymnen ter eer van God, en koop met één litanie op Satan den lofzang aller volken. Eén parel voor Beëlzebul tegen 99 voor God, is dat geen zuivere taxatie? De geschiedenis herhaalt zich, want in het eerste paradijs heeft de duivel hetzelfde voorstel al gedaan. De eerste mens was goed en gaaf en gezond; maar tot de volkomenheid, tot de volmaakte ontplooiing van wat er in hem woonde, was hij nog niet gekomen. De opperste schoonheid zou eerst bereikt worden na een heel lange loopbaan van gehoorzaamheid. Dien langen weg wil Satan bekorten. De kortste weg is de beste, zegt hij; zowel in het ambt, waarin ge God het zijne geeft, als in uw koningsbloei, waarin ge het | |
[pagina 129]
| |
uwe ontvangt. Met één sprong moet gij naar uw werk toe en ook naar uw rust. Met één sprong naar den plicht, om zo ook met één sprong te komen tot het volle genot. Kóóp de duurste parel; de wereld is een knieval waard. En dat heeft de Satan ook van Christus gevraagd. Maar God zij eeuwig gedankt: de geschiedenis herhaalt zich hier, maar ze vervult en verzoent zich óók. Christus heeft den sprong der eigenwilligheid niet willen nemen naar den tempel, waar Hij moest staan en dienen. Hij heeft dien sprong óók niet willen doen naar den troon, waar Hij mocht zitten en heersen. Hij heeft niet de renbaan, maar de loop-baan gekozen, al was in zijn ziel de ijver groter dan van den snelsten held in het worstelperk. Hij heeft alles gedaan naar het gebod; tempeldienst en koningseer, ambt en sieraad, levensopenbaring en levensontplooiing, Hij heeft het alles door de gehoorzaamheid willen bereiken. Geen parel kocht Hij voor zich, maar alle voor God. En heden staat Hij onder u en predikt nog: De macht komt niet zonder de leer; slechts in gehoorzaamheid ligt de ware levensontplooiing. |
|