De gestalte der stem(1957)–Bert Schierbeek– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 52] [p. 52] [Ik zie haar] ik zie haar zij plukt een bloem langs de weg zij zegt wat is het zelf dat ik ben zij vliegt heen in verschrikking omdat het woord gekruisigd wordt in de kerker der eeuwigheid in een letter vol licht waarin staat de mens is warme beweging in de schoot van koele goden in de stijgbeugel der stem gevat staan zij staan wij mijn geliefde die de opstand zijn die de huizen hebben gebouwd waarin de wreedheid van één tegen één ligt besloten omdat de vingers de naald kennen maar de hand niet en wij bouwen skeletvaten en drinken de wijn en verlenen de inschriften en gaan heen in de stola der stem en zijn een man vol dromen soms leggen wij de nacht vol zwarte doeken en zetten de danshoed op en nemen de hand en maken het lichaam van de geliefde zodat zij welriekend is en gezalfd en een bloem van bloedsomloop dan fluistert zij soms zie hij gaat heen en neemt mij mee naar het dodenrijk om te bewonen het karkas van een verdorst kameel en mijn huid wordt papier van oudheid zijn handen zijn de ontvlieding ik sta opgebaard in de lichtkokers der ogen ik sta model voor mij zelf [pagina 53] [p. 53] [pagina 54] [p. 54] Vorige Volgende