Geuzenliedboek 1940-1945(1975)–H.M. Mos, M.G. Schenk– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 136] [p. 136] Het gaat niet meer. Neen geen genade, geen verschooning. Geen preeken over: hebt geduld, Want op de daad volgt de belooning: Het gansche Duitsche volk draagt schuld. De zielen onder Gods altaren, Zij roepen: Heer hoelang? Ontwaak, Het bloed van vele martelaren, Het schreit ten hemel; schreit om wraak. Zij hebben duizenden van Joden En ook niet-Joden wreed vermoord. Zij sleepten, die nog weerstand boden En and'ren werden opgespoord. Ze namen vaders weg en zonen, Zij sloegen hen als beesten neer. Hoelang nog moeten wij het hoonen Van hen verdragen? 't Gaat niet meer! Er wordt een stem gehoord in Rama, Een kreet, een klacht, een droef geween. Afschuw'lijk is het groote drama, Dat zich nu afspeelt om ons heen. Niets is meer veilig, geen positie Bekleed in stad of maatschappij, 't Is erger nog dan d' inquisitie In vroeg're Spaansche dwing'landij. Wij volk van Neerlands vrije stranden, Wij kunnen het niet langer aan. Komt Britsche legers, komt hier landen, Wij zullen helpen raak te slaan. Dan zullen wij nog eenmaal knielen En bloemen strooien op het graf Van hen, die voor de vrijheid vielen, Van die voor vrijheid 't leven gaf. Vorige Volgende