Geuzenliedboek 1940-1945
(1975)–H.M. Mos, M.G. Schenk– Auteursrechtelijk beschermdDe wuivende.aant.Geschreven door een geïnterneerde in St. Michielsgestel na een bezoek van zijn vrouw. Mijn vrouw is de wuivende, die met haar zakdoek
In 't licht langs het korenveld gaat.
Zij zendt mij een uiterste teeken van liefde
Nu zij mij gedwongen verlaat.
Wie weet voor hoe lang zij vertrekt? Ik bleef eenzaam,
Doch jubel slaat op in mijn bloed.
Ik voel mij niet langer gevangen; rondom mij
Is haar alom wuivende groet.
Mijn God in den hemel, die 't ziet en die weet
Hoe ik nooit voor mijzelven iets vroeg.
Al wat Gij mij gaaft, heb ik dankbaar aanvaard
En Gij gaaft mij geluk genoeg.
Verhoor voor vandaag en de rest van mijn leven
Een enkele bede van mij:
Dat altijd mijn vrouw, als uw teeken van liefde
Voor mij deze wuivende zij.
| |
[pagina 105]
| |
Haar simpel bewegen der hand bij haar afscheid
Zendt mij het geheim tegemoet
Waarom Gij uw engel zijn boodschap liet zenden,
Beginnende met ‘Wees gegroet!’
Want al wat beweegt hier op aarde, in de zee,
Langs uw heem'len vol heerlijkheid,
Is niets dan een wuivende groet aan de ziel
Om te zeggen, hoe goed Gij zijt.
Wie God wil begrijpen, die heeft niet genoeg
Aan ons vorschende menschenverstand,
Hij ziet naar het dansen van sterren en golven
En het wuiven der dierbaarste hand.
Al wat ik geloof en belijd, vat ik samen
In deze mijn opperste wet:
Mijn ziel zij een wuivende groet aan mijn God
Want ik heb geen volmaakter gebed.
Mijn ziel zij een riet aan den stroom der genade
En een wuivende golfslag, die spoelt
Langs de zoetheid der kust, een graanveld in zon,
Dat de tocht van den zomerwind voelt.
Mijn ziel zij gelijk aan de ziel van de vrouw
Die mij toezond uw goddelijken groet,
Want zij is de wuivende, die Gij mij gaaft
En ik dank U: Het leven is goed.
|
|