Literatuur
De Moderne Devotie heeft de afgelopen eeuw heel wat pennen in beweging gebracht. Een handig overzicht van geschiedenis en invloed biedt: C.C. de Bruin, E. Persoons & A.G. Weiler, Geert Grote en de Moderne Devotie (Zutphen 1984). Feitelijk maar uitermate volledig is verder de tentoonstellingscatalogus Moderne Devotie. Figuren en facetten (Nijmegen 1984). Nog steeds het standaardwerk over het Kapittel van Windesheim is: J.G.R. Acquoy, Het klooster te Windesheim en zijn invloed (Utrecht 1875-1880; herdruk Leeuwarden 1984). Over de vrouwenkloosters: E. Persoons, ‘Het dagelijks leven in de Windesheimse vrouwenkloosters’, in: Spiegel Historiael 15 (1980), p. 342-349. De geschiedenis van Diepenveen wordt uitstekend, en met ruime benutting van de handschriften d en dv, beschreven door: W.J. Kühler, Johannes Brinckerinck en zijn klooster te Diepenveen (2de druk, Leiden 1914). Over de positie van religieuze vrouwen in de late middeleeuwen: W.J.A. Naber, Vrouwenleven in prae-reformatietijd, bezegeld door den marteldood van Wendelmoet Claesdochter (Den Haag 1927). Zie over de sociale omstandigheden: A.G. Weiler, ‘De intrede van rijke weduwen en arme meisjes in de leefgemeenschappen van de Moderne Devotie’, in: Geert Grote & Moderne Devotie (Nijmegen 1985) [= Ons Geestelijk Erf 59 (1985)], p. 403-420. De stervensbeleving van de moderne devoten, onder anderen de zusters van Diepenveen, wordt onderzocht in: L. Breure, Doodsbeleving en levenshouding. Een historisch-psychologische studie betreffende de Moderne Devotie in het IJsselgebied in de 14e en 15e eeuw (Hilversum 1987).
Alleen handschrift d is uitgegeven: D.A. Brinkerink, Van den doechden der vuriger ende stichtiger susteren van diepen veen (‘Handschrift D’) (Leiden, 1904). Over de auteur van dit handschrift: zuster Marie Josepha (= G.G. Wilbrink), ‘De