Verzameld werk. Deel 8(1978)–Arthur van Schendel– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 497] [p. 497] [De nacht is lauw van moeienis] De nacht is lauw van moeienis, De bladren murm'len zachtjes, Van zuchten en van droefenis En lang geleden lachjes... Eens zong ik een lied van zegening Voor een kindje moê van 't spelen... O Is de slaap een leniging Wen teedre hoofdjens wieg'len, Dan wil al zacht in schemering Een kleine vogel kweelen, En spreien windjes vrediging Dat rozen mede wieg'len... O mocht nu wel dit moeie kind Een sluimering aanzweven En droomenrein een zoele wind Ons zoet vergeten geven. juli 1894 Vorige Volgende