Dichtbundeltje voor de Surinaamsche jeugd(1853)–C. van Schaick– Auteursrechtvrij Vorige Volgende 't Nachtschot. Hoor! daar viel het nachtschot weêr. En de taptoe wordt geslagen. 'k Leg nu spel en boeken neêr Tot de morgen weêr komt dagen. Een, twee, drie maar.... gaauw naar bed Alles aan een kant gezet. 't Is ook voor van daag genoeg; 's Avonds moet men d' arbeid staken. Taptoe dan!... tot morgen vroeg, Als ik weder mag ontwaken. Wel te rusten!... goeden nacht! God houde over ons de wacht. Vorige Volgende