Sonnetten(1921)–Felix Rutten– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 3] [p. 3] Liefde [pagina 5] [p. 5] [Hoe keur ik, kostbaar als antieke gemmen] Hoe keur ik, kostbaar als antieke gemmen, Weer nieuwe kleuren voor mijn klinkgedicht: Klanken die met mijn stemming samenstemmen En mijn verbeelding beelden voor 't gezicht; Woorden die 't woelen der gedachten temmen Tot rythme en zang, in vormschoon evenwicht; Rijmen die 't stroomen van de ziel niet stremmen, Maar wieken aandoen van muziek en licht. Des dichters werk is vreemd en wonderbaar. Hij voelt vocalen niet als klank alleen, - Klinkend als koper, luit of veêl en snaar, - Hem branden kleuren door die klanken heen. Geluid legt hij in tinten op, en voor 't Gezicht is kleur, wat klanken zijn voor 't oor. Vorige Volgende