Het vermakelyke minne-spel, of toneel der liefde(ca. 1730)–Jakobus Rosseau– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 75] [p. 75] Boere bruyloft. Stem: Aardige Kniertje. BRuiloft! Bruiloft Kyeren kyk! Wat is onze Krelis ryk, Hoord hem zingen, Ziet hem springen, Mit de Bruid aan zyne hangt, ô! Zy maake wong're sprongen, Daar de Jonkheid na verlangt. Ziet eens hoe dat Langsje zwierd, Kyk zyn hoedje is verçierd, Hy is netjes, En adretjes, Kyk zyn dasje is gedraaid, En hoe bluft hy met zyn kousjes, Die zyn Besje heeft gebraaid. Ziet hoe lagt de jonge Bruit, Zy krygt Moeders goed voor uit, Ziet hoe jeugdig, En hoe vreugdig, Dat zy haere gatje roerd, [pagina 76] [p. 76] Nu zy door de Trouw aan Krelis, Dezen dag is vast gesnoerd. Zy verlangen na de pret, Op het zagte Bruilofts Bed, Wilt daar speelen, Strooken, streelen, Schuilevinkje, kiekeboe, Steeken in het nullebriefje, Wie werd zulken leven moe. Kyk hoe Koen zyn Meisje sold, Dat die Boere kinkel bold, En ziet Heintje, Daar het Wyntje, Slobb'ren of het water waar, Strak zo moet hy weder dangsen, Met zyn kruk dien Bestevaar. Louris neef die vroome man, Houd de vliegen van de kan, Maar ziet Hille, Daar eens drille, Lings om keerje op de maat, Harme Druipneus zal wel zagen, Zo gy maar niet stil en staat. Truitje, ô! dat zoete Lam, Is zeer mislyk van de Ham, [pagina 77] [p. 77] Zy maakt Kalven, Wilt haar zalven, En daar na zo werd het tyd, Meisjes dat de Bruid van Krelis, Door uw werd te bed gelyt. Daar de Boeren Bruiloft houwen, Ziet men meer dan Aarzen klouwen, Ook zo ziet men daar wel meê, Mesjes blinken uit de Scheê. Vorige Volgende