Het vermakelyke minne-spel, of toneel der liefde(ca. 1730)–Jakobus Rosseau– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Zang tegen het Huwlyks-Banket. Stem: Rozemonde lag gedoken. ô! MEn zieter veele trouwen, Als verliefde, dog in schyn, Die daar na hun hoofden klouwen, En gestaâg aan 't knorren zyn, Daar 's geen swaarder straf op aard, Dan op zulken wys gepaard. 't Wyf dat zal haar Man braveren, En de Man braveerd zyn Wyf, Van de morgen als de kleeren, Naauwelyks nog zyn aan 't lyf, [pagina 21] [p. 21] Men al aan het schelden gaat, Dikmaals tot den avond laat. Geld en goedje werd verzopen, ô! De Vrouw die dommineerd, Man wil na de Bierbank loopen, Daar hy voort de rest verteerd, Ja men boud een hel in 't huis, Zeg waar is ooit grooter kruis. Jonge Jeugd wilt dit bemerken, Ziet wat u te wagten staat, Zyt voorzichtig in die werken, Oordeeld wel eer 't is te laat, Daar den Echt niet wel en slaagt, Gy ligt maag're kaaken draagt. Wie kwalyk is getroud, werd in 't gemeen heel pover, Dog ziet hoe dat hy ziet, zyn lyden geenzints over. Vorige Volgende