Rethoricale wercken(1562)–Anthonis de Roovere– Auteursrechtvrij Vorige Volgende Refereyn constich gheestelijck. O Goetheyt / o vroetheyt / noyt soetheit / so zoet Warachtich / crachtich / almachtich vadere / Wiens gratie / consolatie / confortatie doet Der sinnen / van binnen / die dy minnen algadere / Dijn woordt / ghehoort / gaf confoort / der adere Der minlicker / vriendelicker / onverwinlicker / moedere Jn haer / eerbaer / claer / als ontladere Dalende / wederhalende / betalende / als broedere Lof mijn behoedere / v danck ick seere Van al uwer gratien almoghende Heere. O diere / Saphiere / Reuiere / grondeloos Wiens armen / verwermen / die carmen / int sneuen By dy / zijn wy / al vry / ende wondeloos Gherocht / ontcnocht / ghebrocht / wt beuene Wy bloode / wt noode / van doode / ten leuene Van lijdene / van strijdene / ten verblijdene geraeckt Voor cranckhede / ende onlede / vrede te gheuene Tes recht / ick secht / als knecht / dy lof maeckt Mijn siele / die dit smaeckt / voldanct v nemmermeere Van al uwer gratien almoghende Heere. [Folio 8v] [fol. 8v] O Jesus / Christus / dus / soe groet ick dy Bewarere / verclarere / sparere / der cleene Ghy vermuecht / vruecht / duecht / dies versoet ic my Want dijn / zijn / is fijn / ontfermere alleene Lof dan / Godt ende man / die ons ian ghemeene Sijn rijcke / sondere swijcke / soot blijcke / ghesinlick Sterckt / werckt / beulerct / met gratien reene My weecke / leecke / die dy smeecke / soe minlick Lof onuerwinlijck / ick v toekeere Van al uwer gratien almoghende Heere. ¶ Prinche. Der claerhede / vol waerhede / mijn swaerhede vergeeft Mi onbesneden / wilt heden / beureden / van quade Mer sonden / wonden / oorconden / dat therte beeft Behoet my / voet my / doet my uwe ghenade Met mijnre sielen rade / ick dan segghen leere Van al uwer gratien almoghende Heere. Salue Regina. ONtfermeghe Coninghinne v groeten wy Ons leuens soetheyt, ende hope mede Ghegroet zijt, want wy roepen aen dy Als Eua kinderen, der ellendichede Dy weenende, suchtende, doen wy ons bede Int dal van tranen, beuaen met seere Ach onse voorspraeck, maeckt ons vrede Dijne ontfermeghe ooghen tonswaert keere Ende Jesum die ghebenedijde Heere Vrucht dijns buycx, toghe ons die, hier na Goederthiere, oodtmoedighe zoet Maria. Vorige Volgende