het kapitaal weer op de been te helpen en namen zoodoende de verantwoordelijkheid op zich voor de overproductie, die sedert 1931 de legers der werkeloozen deed aanzwellen en den doodstrijd van het kapitalisme aankondigde.
Ja, het kapitalisme is dood, althans in Europa, evengoed dood als het Tzaristisch-theokratisch Rusland dit was in 1927. Het zal niet weder opstaan.
Maar wat in zijn plaats komen zal, dat moog in de sterren geschreven of, theologisch uitgedrukt, door Gods ondoorgrondelijk raadsbesluit van eeuwigheid af vastgesteld zijn - een zachte stem in ons binnenste zegt met een accent van absolute overtuiging ‘Het menschenlot is in menschen hand gegeven’ en wij voelen dat zij waarheid spreekt.
De groei naar het socialisme voltrekt zich niet noodzakelijk als de groei van een dier of een plant. Die groei vereischt helder inzicht in de taken en de middelen tot verwezenlijking, vasten wil en wijsheid, zelfbeheersching en zelfverloochening. Zij vereischt het overwinnen van haat en wrokgevoel, van ijdelheid en eigenzinnigheid, en vooral van egocentrisme. Zich allerlei opofferingen getroosten terwille van de algemeene zaak; met zorgvuldige hand uitgaan tot zaaien, wetend, dat anderen zullen oogsten: daar komt het op aan. Wij zeggen niet als de Russische bolschewisten: ‘Wij zijn mest op de velden der toekomst’. O neen, menschelijke wezens zijn nimmer enkel mest. Wij willen de dragers der toekomst zijn, de steenen aandragen tot haar bouw, haar fundamenten leggen. Wij zijn akkers, ook in ons ontkiemt het zaad.
Bijna een halve eeuw lang is het socialisme mijn leven geweest. Ontelbare malen teleurgesteld, heb ik het nooit losgelaten. Tegen den sterken stroom in heb ik de arbeiders opgeroepen tot eenheid en tegen den stroom in hun bezworen betere en meer doeltreffende middelen te gebruiken dan wapengeweld. Vaak ben ik tekort geschoten in mijn leven, soms in doorzicht, een enkele