Verzamelde werken. Deel 2. Verzamelde gedichten. Deel 2. De wilde kim. Een winter aan zee. Onderweg. Tegen de wereld. In ballingschap
(1948)–A. Roland Holst– Auteursrecht onbekend
[pagina 79]
| |
[pagina 81]
| |
1Leeuw van oud licht, zieltoogt
ergens in het woest duin de
dag nog: het bitter oog
breekt, en de manen raken
vol zand. Aan den zee-einder
brandt nog een wolkgebied,
waar de Eeuwige door vuurdraken
zijn aftocht dekken liet.
| |
[pagina 82]
| |
2Uitgeput zakte een spitter
neer bij zijn spade - o, ziel,
herinnerd licht en bitter
goud, dat het hart uitbijt -
sinds ge aan het zwerk ontviel
graaft de mensch naar genade.
Karig werd de eeuwigheid
met dagloon, zwaar de spade.
| |
[pagina 83]
| |
3Van de eerst verre zandplaat
joeg mijn komst de zeevogels
krijtend de kou in: onraad,
vrees, twist: niets dan ijl zwermen...
Maar welke zielszwerm vloog er
van het hart op, en bleef
erboven in gouden kermen
vragen wat er nog leeft?
| |
[pagina 84]
| |
4Sinds ik, den droom verhoor
afnemend, een ertsader
van het geheim, aanboor,
waardoor (en 't is haar wezen)
ik wereld's kern benader,
is 't dat tot elken prijs,
ik ook van 't hart nu dezen
neerwaartschen inkeer eisch.
| |
[pagina 85]
| |
5Zij voorspelden mijn lied
ijl einde in leegte en koude -
Maar zij begrepen niet
wat heimwee kan: tot wonden
verhevigt het verouden
oog en oor, en brandschat
de taal, om te doorgronden
wat de wereld vergat.
| |
[pagina 86]
| |
6De stilte binnen spant
samen met den wind buiten.
In de wereld beland
- waaraan wij ook ontkwamen
en wat we ook buitensluiten
of verzwijgen - aldoor
weer onderwerpen ramen
ons aan een oud verhoor.
| |
[pagina 87]
| |
7Kamer, helder geheim:
in spiegel nog en ramen
draalt de overzeesche schijn.
Straks, tegen donker, komen
heimwee's beide erfgenamen
bij de oude tafel, trouw
steunsel: voor brein en droomen
aambeeld en weefgetouw.
| |
[pagina 88]
| |
8Zwaar vleesch, belust op roof,
door kwale' allengs ontluisterd -
Heerschzuchtig brein, lang doof
voor hart's verachte alarmen;
thans voor ophanden duister
bang sluitend - Ziel, zich schrap
zettend in dit verarmen -
O, Angst - o, Rekenschap.
|
|