Dagverhaal der ontdekkings-reis
(1838)–Jacob Roggeveen– Auteursrechtvrij
[pagina 19]
| |
I. Reize om Kaap Hoorn, langs de Westkust van Zuid-America, door de stille Zuidzee naar de Philippijnsche Eilanden enz., gedaan in de jaren 1823 en 1824, door Z.M. Corvet Lynx, onder bevel van J.P.M. Willinck, in leven Kapitein ter Zee, Ridder der M.W.O. Breda 1835. 8vo.Op deze Reis zijn geene van Roggeveens Eilanden bezocht, doch twee nieuwe ontdekt, het eene den 1 Mei 1824, op 10 gr. 5 m. Zuiderbreedte en 152 gr. 22 m. Westerlengte van Greenwich: het werd Fredriks-oord genoemd; het andere op 10 gr. 9 m. Zuiderbreedte en 161 gr. 11 m. 30 s. Westerlengte: men noemde het Princesse Marianne. (Bladz. 79-80). Den 7 Mei rekende men zich 3 mijlen Oost van het Eiland Groningen te zijn, doch vond het niet; 't geen niet moet verwonderen, want men was hier op omtrent 10 gr. Zuiderbreedte, en volgens de bepaling van Roggeveen ligt het Eiland Groningen op omtrent 14 gr., dus 4 gr. zuidelijker. | |
II. Aanteekeningen, gehouden op eene Reis rondom de Waereld, met het Fregat de Maria Reygersberg en de Corvet de Pollux, in de jaren 1824, 1825 en 1826, door P. Troost, G.Z., eersten Luitenant bij de Marine. Rotterdam 1829 en Amsterdam 1835, 8vo. | |
[pagina 20]
| |
Deze reis is volbragt onder het bevel van den Kapitein ter Zee F. Coertzen, kommanderende de Maria Reygersberg, en van den Kapitein Luitenant C. Eeg, kommanderende de Pollux. Gedurende dezelve zijn geene der Roggeveen's Eilanden gezien: doch op den 14 Junij 1825 is ook een nieuw Eiland ontdekt, en door de ontdekkers het Nederlandsch Eiland genoemd, liggende op de Zuiderbreedte van 7 gr. 9 m. en 177 gr. 28 m. Oosterlengte van Greenwich (Bladz. 265 en 269). Ten aanzien van het Zeevaartkundige van dit Reisverhaal van Troost, zal men beter te regt komen bij het geen de Luitenant Willinck gevoegd heeft achter het, door zijnen Broeder den Kapitein Luitenant Willinck uitgegeven, Reisverhaal van de Lijnx, waar echter de ontdekking van het Nederl. Eilànd niet op den 14 Junij 1825, maar (denkelijk door eene drukfeil) op den 14 Julij wordt gesteld (Bladz. 252), en ook de breedte en lengte, als op verschillende punten waargenomen, een weinig anders worden opgegeven, te weten: Zuiderbreedte 7 gr. 10 m. en Oosterlengte van Greenwich 177 gr. 33 m. 16 s. | |
III. Reize naar de Oost- en Westkust van Zuid-Amerika, gedaan in de jaren 1826, 1827, 1828 en 1829, met het Koopvaardij Schip Wilhelmina en Maria, door J. Boelen, Joh. Zoon, des tijds Luitenant ter Zee 1ste Klasse, thans Kapitein Luitenant. Amsterdam 1835 en 1836. III Deelen. 8vo.Geene der Roggeveens Eilanden zijn door den Heer Boelen aangedaan; ook geene nieuwe gevonden. |
|