Met twee maten(1956)–Paul Rodenko– Auteursrechtelijk beschermd Vorige Volgende [pagina 41] [p. 41] Droomde ik niet eens van alle malkontenten Droomde ik niet eens van alle malkontenten, hoe zij, hun bagno beu, zijn opgestaan? Niet om de brave zielen in te prenten al 't schroomlijk leed der mensheid aangedaan, maar langs de donkre havens en de dijken, met pieken en bombarden en lawijd, uit al de Hanse-steden en de koninkrijken: de honger en de tegenstrijdigheid, de geesten die verrijzen uit de dampen, de drenkeling met wier en lis in zijnen baard, tot zelfs de kromgekrulde hippocampen, die dromen koestren van een edel paard... Bij 't zien van dezen drom, mocht ik, o Haat, uw aandeel bij de schepping voelen, waar gij, als een matrijs, tot wil en waarheid slaat de duizend vormen die rond ons krioelen. Vorige Volgende