Keurgedichten(1919)–Albrecht Rodenbach– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 117] [p. 117] Het Lied der Knapenschap. Wijze: God save the King. Sa knapen 't hoofd omhoog de nieuwe vane omhoog, de herten hoog! 't Verleden leeft in ons, het Heden hoop op ons, de Toekomst straalt voor ons: Wen rondom onze vaan de holle trommels slaan, wij, Knapen, gaan; haar eeuwenoud gemoed, vol heugenis vroed en zoet, herkwikt de stede, en groet den jongen stoet. In onze breinen gonst, in onze herten bonst de Kunde en Konst: eens zijn wij vrij Gedacht, Vooruitgang, Scheppingskracht, des Lands Verweer en Pracht en Ordewacht. [pagina 118] [p. 118] En daarom jong en rap vooruit, met mannenstap, O Knapenschap! Op echte vrijheid trotsch, Spijts dweperijenbots, steeds langs der Waarheidrots, bij de hulpe Gods. Vorige Volgende