Veldviooltjes(1834)–C.P.E. Robidé van der Aa– AuteursrechtvrijGedichten voor vlijtige kinderen Vorige Volgende [pagina 33] [p. 33] De twistzoeker. ‘Sta!’ zei Govert tegen Jan: ‘Toon nu, dat gij, als een man, Ook op straat u kunt verweren, Die op school zoo menigmaal, Door uw vlugheid in het leeren, Mij ontnaamt de zegepraal!’ - ‘Vocht ik ooit,’ sprak Jantje toen, ‘'k Zou het toch met u niet doen, Die, door ijverzucht gedreven, U in drift verleiden laat, Om aan mij de schuld te geven Van 't geen aan uzelven staat. [pagina 34] [p. 34] Speel wat minder, leer wat meer, Zoo zult ge op een' andren keer Zeker d'eereprijs behalen.’ - ‘Zwijg!’ zei Govert, meer verwoed: ‘'k Zal die smaadreên u betalen Met een' vuistslag, laffe bloed!’ Jan ontweek den slag bedaard, Zoodat Govert, door zijn vaart, Tuimelde in het voetzand neder; Luide kermde hij van pijn, Doch besloot, om nimmer weder Tegen Jan zoo brusk te zijn. Vorige Volgende