De laatste zendingsarts
(2022)–Agnes Ritfeld– Auteursrechtelijk beschermdAgnes Ritfeld, De laatste zendingsarts. Met illustraties van Jurmen Kadosoe. Nationale Stichting Kinderboekenfestival Suriname, Paramaribo 2022
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van De laatste zendingsarts van Agnes Ritfeld uit 2022. De illustraties zijn van de hand van Jurmen Kadosoe.
redactionele ingrepen
p. 6: voorecht → voorrecht: ‘Ik heb het voorrecht gehad dat ik ouders had’.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (binnenkant voorplat, binnenkant achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ voorplat]
De laatste zendingsarts
Geschreven door Agnes Ritfeld met illustraties van Jurmen Kadosoe
[pagina 1]
De laatste zendingsarts
Geschreven door Agnes Ritfeld met illustraties van Jurmen Kadosoe
[pagina 2]
Colofon
De laatste Zendingsarts
over het leven en werk van dokter Miep Dekker in Suriname
Tekst en editing: | Agnes Ritfeld |
Illustrator en vormgever: | Jurmen Kadosoe |
Plaats van uitgave: | Paramaribo |
1e druk: | oktober 2022 |
ISBN: | 030 978-99914-2-031-0 |
Uitgever: | Nationale Stichting Kinderboekenfestival Suriname |
Paramaribo, augustus 2022
[ achterplat]
Miep Dekker
Suzanna Maria ‘Miep’ Dekker, een vrouwelijke zendingsarts, leefde van 1921 tot 2002. Zij werd in 1959 door het Zeister Zendingsgenootschap vanuit Nederland uitgezonden naar Suriname als zendingsarts voor het Diakonessenhuis. Kort na aankomst in Suriname werd Miep Dekker door de Medische Zending van de EBGS gevraagd om in het binnenland te werken. Haar eerste standplaats in het Surinaamse binnenland was Kabel. Vanaf oktober 1960 werkte Miep Dekker in Botopasi en sinds maart 1962 tot haar pensionering in 1989 was zij werkzaam in Ladoani.
Door de Binnenlandse Oorlog bleef Miep Dekker ruim twee jaar langer dan haar pensioengerechtigde leeftijd op haar post, omdat ze de mensen in het binnenland en haar werk niet in de steek kon laten. Dat was typerend voor haar plichtsbesef en haar grote liefde voor de mensen in Suriname.
In 1983 ontving Miep Dekker een Koninklijke onderscheiding en werd zij benoemd tot Ridder in de Orde van Oranje Nassau. Op 19 juni 1987 werd aan Miep Dekker de Johan Borgmanprijs toegekend voor haar ‘uitoefening van naastenliefde in hulp aan behoeftigen in navolging van het voorbeeld dat Jezus Christus gaf’.