27 september 1940
Ricarda Huch's Die Blütezeit der Romantik heeft nog niets van zijn frisheid verloren, na veertig jaar. Boven de strevingen van de romantiek zag ik telkens het woord uit de Spreuken: ‘Wie op zijn hart vertrouwt is een zot.’
Gisteren, onder het gapen, maakte ik onwillekeurig juist de mondstand die een zanger in de radio (grammofoonplaat) moest hebben gemaakt, toen hij die bepaalde, krachtige hoge toon uitbracht. Ik gaf me hiervan geen verstandelijke rekenschap, maar kreeg de wonderlijke sensatie, dat die zanger op dat ogenblik ineens uit mijn mond zong.
Dit dagboek zet een dunne lijn onder mijn dagelijks denk- en gevoelsleven en geeft mij het gevoel alsof ik iets vertrouwender en steviger door de dag ga, over die lijn heen.