De hedendaagsche bankroetier achterhaalt(ca. 1713)–Frans Rijk– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 30] [p. 30] Zesde tooneel. Margreet, Johanna. Margreet. HOe gedienstig toond hy zich noch, die uitzuiper van Weeuwen en Weezen. Die oude Sloof zou zich met een praatje zoo hebben laaten beleezen. Zy had niet een deuit van den Intrest gekreegen, had ik het niet betaald uit myn kas. Och! Johanna, wat waar je gelukkig, dat die geld- en-eerdief je vader niet was! Johanna. Hoe, geld- en-eerdief? Margreet. Ja, geld-en-eerdief; hy meent, om zich zelven te verryken, bankrot te speelen; Zal hy daar door onze eer, en een anders geld niet. steelen? Johanna. Hoe, zou hy bankrot speelen? ik geloof dat Papa daar de gek meê scheert, Dan was Monsieur Reinhart, die my vryd, t'eenemaal geruïneerd; Dewyl hy drie duizend pond vlaams op Papaas rekening heeft afgeschreeven. Margreet. Reinhart mag je wel uit uw gedachten stellen; want hy wil u aan Wouter geeven. Die valsche flik flooijer, die zoo deugdelyk is in schyn, Heeft hem in zyn schelm stukken gehulpen, daar gy nu 't loon voor zult zyn. Johanna. Maar, Mama, zul je dit dan zoo aanzien, voor je oogen? [pagina 31] [p. 31] Margreet. 'k Heb het genoeg zoeken te beletten; maar 't is buiten myn vermogen, Ook kan ik zyn voorneemen met fatsoen niet bekend maaken; want ik ben zyn Vrouw; En Boeken te veranderen, is een falsiteit, daar de Schout meê speelen zou. Johanna. Dat 's waar, Mama: maar schoon je Papa, in dat voorneemen niet kunt wederhouwen, Hoef je echter je stem niet te geeven, om my aan Wouter uit te trouwen; Want een Moeder heeft, zoo wel, als een Vader, wat te zeggen, in 't huwlyken van een Kind. Margreet. 'k Zie, dat je meer bekommert voor dat huwlyk, als voor je Vaders bankrotspeelen bint, En dat je meer aan 't verlies van Reinhart, als aan 't verlies van uw eer schynt te tillen: Maar meen je, dat u die Monsieur, schoon hy zelfs naakt is, noch zal hebben willen? Geensints myn Dochter; want hy zal denken, door dit geval, Dat gy kaal en berooit zyt, en uw persoon hem gantsch niet dienen zal: Daar by zal hy je haaten, dewyl hy zoo schandelyk door uw Vader is bedroogen. Vorige Volgende