Vreugde-Bergh, bestaende in ziel-suchten, bruylofts-gesangen, en stightelijke vermakelijkheden (eerste deel)
(1661)–Cornelis Rhijnenburgh– Auteursrechtvrij
[pagina 42]
| |
Stem, Psal. 103.1. O Christen Ziel! dit is, al na mijn swerven,
Mijn een’gen troost in leven of in sterven,
Dat ik alleen den Heere Christum ken,
En houde voor mijn trouwe Salighmaker
Mijn hooghste goedt, en Slape-loose-waker,
Diens eygen ik met lijf en Ziele ben.
2. Die my tot troost van beven wierd’ geschonken.
| |
[pagina 43]
| |
Wanneer ik lagh in smaatheyt ne’er-gesonkken,
En ghy my uyt den afgrondt op-gehaalt:
Die met sijn bloedt, sijn dierbaar bloedt volkomen,
Mijn sonden, ook het Hant-schrift wegh-genomen,
En al de schult voor my heeft af-betaalt.
3. Die na sijn gunst en louter wel-behagen,
My van ’t gewelt des Duyvels heeft ontslagen,
En soo bewaart voor allerley gevaar,
Dat selve niet het minste hayr van allen
Op aarde, van mijn hooft, kan neder-vallen,
’t En zy dan dat het Gods believen waar.
4. Die my soo veel ontelbare weldaden
| |
[pagina 44]
| |
Bewesen heeft om niet: maar uyt genaden,
Dat alle dingh tot mijner saligheyt
Moet dienen, die my door sijn Geest daar neven
Verseekkert van het eeuwigh-durend’ leven,
En hem voortaan te leven maakt bereyt.
5. Op dat ik dan in dese troost mach leven,
En salighlijk mijn lesten adem geven,
Leert my, O God! mijn Schepper boven al
Verstaan, de last van mijn ellend’ en sonden,
Hoe ik daar van verlost word’ en ontbonden,
En wat ik u daar voor vergelden sal.
|
|