Over-Ysselsche sangen en dichten
(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekendVoor de Coninginne van Bohemen.Ga naar voetnoot*Wijckt Cybele, die by de heydensche PoëtenGa naar voetnoot1
Een moeder van de goo'n voortijden placht te heten,Ga naar voetnoot2
De torens legget neer van u bestoven haer,Ga naar voetnoot3
Climt af van uwe coets en maeckt de stede claerGa naar voetnoot4
5[regelnummer]
Voor vrou Elizabeth de bloem der coninginnen,
Een moeder inder daet van goden en godinnen.Ga naar voetnoot6
Lijdt dat u leeuwen sich gaen paren in het spanGa naar voetnoot7
Om haer, haer kinderen en haren lieven man
Te voeren na het lant daer volgens recht en redenGa naar voetnoot9
10[regelnummer]
Haer hooft weer dragen moet de crone van veel steden,
Die nu vertreden sijn den rover tot een spot,
‘Het wenschen staet by ons, het geven comt van God.Ga naar voetnoot12
|
|