Over-Ysselsche sangen en dichten
(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekendSarapis.Ga naar voetnoot*Hoe hout Sarapis dus sijn vinger voorde lippenGa naar voetnoot1
Als vresende dat hem een woortjen mocht ontslippen?
Hy bidt u, dat ghy doch verswygen wilt, dat hy
Geen levend' God, maer een gestorven mensche zy.Ga naar voetnoot4
|
|