Over-Ysselsche sangen en dichten
(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekendOp het op-eysschen van Arnhem.Ga naar voetnoot*Een weynichsken te vroech comt ghy my quellen
Om over-gift, ghy cont oock wel verstaen
Soo ick het deed' mijn meester sou my slaen
En Dietvoort sou wel crijgen met gesellen.Ga naar voetnoot4
5[regelnummer]
Ick hoop niet dat den honger ons sal vellen,
Wy hebben noch te sieden en te brae'n
Een weynichsken.
Daerom, en wilt ons soo niet oversnellen,Ga naar voetnoot8
Wy moeten ons een maent of twee beraen:
En ghy, goet Heer, sult noch daer buyten staen
Een weynichsken.
|
|