Over-Ysselsche sangen en dichten
(1930-1935)–Jacobus Revius– Auteursrecht onbekend
[pagina 64]
| |
Noch soecket inden gront na het verrotte graen
Dat hy voorleden jaer daerinne had gedaen?
5[regelnummer]
En ghy, o woekenaer, na dat ghy hebt genoten
Den opstal sonder maet der penningen verschotenGa naar voetnoot6
Ontsiet u niet den mensch, die voor u sitt en weent
Te eyschen noch het geen dat ghy hem hadt geleent.
Ghy wilt hem inden noot noch tack noch wortel laten,
10[regelnummer]
Dies u den hemel vloeckt en alle menschen haten.
|
|