| |
| |
| |
Verklaring der simbolen en toelichtingen.
I
De Zwaan is evenals de Graal nog niet een simbool van de niwe moraal en godsdienst maar slechts van het streven daarheen. Van dien vogel, hier mannelik gedacht, worden twe eigenschappen in dit vers vermeld, di tevens kenmerken zijn van twe middeneewse godsdiensten: asketise reinheid en graatsi, beiden elementen van het Christendom en het Boeddhisme, want ook dit laatste schenkt de barmhartigheid door een godin van genade bij de Chinezen Kwannon, bij de Japanners Kwan-Yin genaamd.
Men denke zich den Montsalvat gelegen op een punt van de Oude Wereld, waar de aanhangers der vijf internaatsionale Godsdiensten van de Midden-Ewen elkaar konden ontmoeten: op het hoogland van Tibet. Vandaar tijgen de Zwaanridders naar Ierland en Japan, naar Scandinavië en Abbessynië. De Burcht moet men zich verbeelden half in chinese, half in moorse stijl gebouwd, dus met mongoolse luifels langs de daken, gekartelde archivolten en tulpvormige minaretten. In het midden rijst de koepel van den tempelhal met dri galerijen voor de koren. Di stijl beschouw ik als een voorvorm van
| |
| |
de toekomstige, zó dat voor idere verdiping op terrassen luchtschepen kunnen dalen en dus di gebouwen gelijk Montsalvat met zijn op en achter elkaar stijgende vestingwallen de gedaante krijgen van pyramiden.
Ook di stijl, welke ik al in '86-'88 voorzag, zal een gevolg zijn van de verandering der produksi-wijze door technise, en wetenschappelike overwinningen, een gevolg van de ontwikkeling der luchtscheepvaart, vooral sinds den tocht van Santos-Dumont om den Eiffeltoren in 1901.
| |
II
De zwaan verenigt weer twe kenmerken van twe middeneewse godsdiensten, eigenschappen, di bij de Mohammedanen en Voorvaderen-Vereerders, de Japanners en de Chinezen, toen di laatsten nog een militair volk waren, hoog geeërd werden: moed, de trek van een oorlogspaard, waarmee de Zwaan hier word vergeleken en vlugheid van denken en handelen, samengevat in het woord: wakker.
| |
III
De Graalridders worden voorgesteld als nog min of meer bevangen in Middeneewse begrippen omtrent Natuur en Maatschappij, zodat de droom van Lohengrin van het Messiaanse Rijk gehouden blijft in feodale stijl. Men ziet hen hier afhankelik vàn maar toch strijdend mèt de Graatsi Gods gelijk Jacob, di in zijn worsteling met een engel tevens kampte tegen Gods wil, Gods willekeur, onbewust tegen Gods Genade en di daarom den bijnaam ontving van Jis-ra-il: Man, di strijd
| |
| |
tegen God en de ganse wereld. Lohengrin, di evenals zijn metgezellen wel op den Montsalvat maar elders niet, gedwongen is in ongehuwden staat te leven als monnik, wenst zich dus een nageslacht, dat evenals het kroost van Abraham het Messiaanse Rijk eens zal grondvesten.
Koh-i-Noor, indies woord voor Berg van Licht, dus eigenlik hetzelfde als Montsalvat, Berg der Verlossing.
| |
IV
Ongeslagen granden, chevaliers de grâce, zij, di niet tot ridder worden geslagen door Paus of Keizer maar geboren bij de Graatsi Gods.
Miya, sintoïstise tempel in Japan, waarmee de Montsalvat word vergeleken, omdat de Graal de schoonheid en reinheid weergeeft gelijk de spigel, een hoofdsimbool van di sino-japanse eredienst ze weerkaatst. Ark, bewaarplaats van de wetsrollen in de joodse tempels. Ter vergelijking van den joodsen godsdienst met de Graal-verering is hier het woord ark gebruikt voor de bewaarplaats van den Graal.
Hier word van de Zwaan, di zelf zijn weg vind, geleid door de vlammen der waterleliën als toortsen de eigenschap genoemd, di in de middeneewse godsdienst van de Hebrejen het hoogst word gesteld: wijsheid. Zo heeft de Zwaan evenals de Graal met de vijf internaatsionale Godsdiensten van de Midden-Ewen vijf eigenschappen gemeen.
| |
V
Ka'ba, heiligdom te Mekka, waarin de Steen word be- | |
| |
waard, di volgens de overlevering door de engelen aardwaarts werd gedragen gelijk de Graal, voor welke de Montsalvat werd gebouwd, een tempel, di - wat dat betreft - vergeleken kan worden met di van de Muzelmannen aldaar.
| |
VI
Yane1, japanse naam voor de luifels in mongoolse stijl. Naar ik ergens las werd de tempel van Salomo door bliksemafleiders beschermd, evenals - volgens G. Ebers - de paleizen der pharaonen. De woorden herinneren hier op twe plaatsen aan het strijdlied der Protestanten:
Eine feste Burg ist unser Gott
Dit was als gedicht reeds in de Midden-Ewen bekend en het word hier nu voorgesteld of het als zang Luther, di het op muziek zette, toeklonk in een droom en wel van het koor van Montsalvat bij bedekten Graal d.w.z.: in den teologies-morelen vorm der protestante Kerk. Lohengrin haalt er hier regels uit aan, waarin hij spreekt volgens een toekomstige moraal, naar welke niet voor alles God, maar zijn Ik door hem met ‘een’ vaste burcht word vergeleken; met dat ‘een’ bedoelt hij zijdelings Montsalvat.
| |
VII
Gods Naam: Jehovah bevat zeven letters. Daarom staan er op het zwaard der Graalkoningen, di van elkaar
| |
| |
geestelik oir zijn, dus keurkoningen, zeven edelstenen. Het omvamen van di diamanten met de hand is een simbool van het streven om God te kennen, te ‘be-grijpen,’ het zinnebeeld van den Godsdienst der Rede, van de Wetenschap. Graaus is hetzelfde als Graal. Templeis betekent tempelier.
| |
X
Het Leitmotief: ‘Ik kom gevaren van Montsalvat’ gaat hier over in den jubelroep met enige wijziging ontleend aan het gezang, dat de Israëliten elken Vrijdagavond in hun tempels herhalen en waarin de Sabbat begroet word als een bruid. De eerste regel luid: Lecho doudi likras, kallo! (Kom mijn vriend tegemoet, de bruid!) Di letterlike vertaling kon ik niet gebruiken. De periode, waarin de stichting zal vallen van den Messiaansen Godsdienst, geïncarneerd in de Bruiden van den Profeet-Keizer en zijn Apostel-Maarschalken, word aldus vergeleken met den Sabbat en di op hun beurt met zwanen, welke dan niet meer het simbool zijn van het streven naar dien godsdienst, maar van di godsdienst zelf. Gelijk di vogels langs de kristallen trap uit III, maar nu verlengd tot op de aarde, uit den hemel schijnen neer te zweven, daalt de niwe godsdienst uit den hemel op Montsalvat om bij het begin der niwe Era zich van daar uit overal te verbreiden.
In het begin van de Xe Eew, den tijd van Lohengrin, was in Europa het gekleurde glas nog niet uitgevonden. Men kan zich echter wel verbeelden, dat dit reeds wel bestond in de streek, waar naar mijn opvatting de Montsalvat lag.
| |
| |
| |
XI
De Witte Roos, welke de Duif dan in den Graal zal plaatsen is het simbool van de ekonomies vrije liefde in de socialistise wereld. Het Avondmaal word tevens het Bruidsmaal. Dit betekent het volgende: Terwijl bij één Volk, de Hebrejen, het Paasmaal het afscheidsmaal was bij hun tocht uit Egypte, het rijk der knechtschap, naar Kanäan, de mozaïessocialistise Republiek, terwijl het Paas- en Avondmaal in de eerste christen-gemeente het simbool was van Christus' gang van de aarde door het lijden, de Kruisdood, naar het Paradijs in het hiernamaals, wat tevens de tocht van de hele christelike Mensheid der Midden-Ewen naar den hemel aanduide, is het Avondmaal van de toekomstige eerste, messiaanse gemeente op Montsalvat een simbool van de reis der gehele Mensheid uit het rijk der Plutokraatsi naar dat van het moderne Socialisme, naar het Niwe Jeruzalem op deze aarde, één Vaderland geworden, één Stad voor allen, één Gemeente met gemeenschappelik grondbezit gelijk de zadroega het nog is bij de Slavise volken. De bruiden van de Graalridders mogen dan daar mede spijzen om dien Bokaal, ook voor hen onthuld. Dit betekent, dat de kennis, verbeeld als verboden geestelik voedsel, dan ook geschonken zal worden aan de vrouwen m.a.w. dat dan de tijd aanbreekt hunner emansipaatsi.
| |
XII
Peri, gevallen engel als Lucifer.
| |
XIII
Van af de tijden, dat eerst Koeng-Foe-Tszé, Boeddha later Jezus leerden, dat alle mensen broeders zijn en ook
| |
| |
Mohammed en zijn opvolgers door het zwaard een groot deel der Mensheid verenigden onder het Groene Vaandel van den Islam, werd de oorlog niet meer om den oorlog gevoerd maar met den vrede als eind-doel. Van di laatste soort krijg is de Lans, gedrenkt door het Bloed van Christus, het simbool. Het dragen daarvan uit Montsalvat en het richten er heen als wijzer betekent, dat di vrede dan uit den hemel daar op aarde zal dalen. Ider volk, hier genoemd, verbeeld een der vijf internaatsionale Godsdiensten van de Midden-Ewen en daar er toen ook heidenen waren, word met hen als Mens de Heiden genoemd omdat na den uittocht van den laatsten Graal-Koning idereen Montsalvat mag binnentreden d.w.z. dan word aan allen den toegang verleend tot het Messiaanse Rijk.
| |
XIV
De Graalspijs is in de toekomst het dageliks brood niet meer gegeven als genade, maar door eigen arbeid verdiend, zowel in den zin van geestelik als van stoffelik voedsel. Kennis zal niet meer gegeven worden voor zover de Godheid of de priesters het goedvinden, maar zij zal pan-naatsionaal en demokraties gemeengoed worden d.w.z.: ook wat de Zwaanridders als Wetenschap bezaten en een deel van hun okkulte Wetenschap, daarom nog niet alle okkulte kennis van de vroegere tijden, en van di nu komen. De omhulde Graal als simbool van de Zedeleer, verborgen in teologise vorm, di slechts voor zijn ridders soms word ontsluierd is voor de middeneewse Mensheid de verboden vrucht. De verbreiding
| |
| |
van het Rijk van di verboden vrucht over de ganse aarde is de overgang uit de Midden-Ewen naar het Messiaanse Rijk.
| |
XV
Beauséant, naam van het Vaandel der Tempeliers, hier evenzo gebruikt om dat van de Graal-Tempeliers aan te duiden. In het veld staat de Seraf in zilver kleed, di den Graal ontrukte aan de Kroon van Lucifer; de standaard is gedekt met een zilveren Zwaan.
| |
XVI
In Wagner's opera verschijnt Lohengrin na den tweden oproep in de eerste akte. Hij noemt zijn Zwaan niet als in l gracieus, maar gratie-zwanger d.i.: overvol van genade, omdat het hem op dit ogenblik, nu hij liefdedronken van den Graal en Elsa ten strijde trekt, schijnt of de tijd der hoogste genade d.w.z.: van de afschaffing der Graatsi Gods buiten het Recht en van de gehele Genade-in-Recht reeds nabij is.
Amsterdam, 1894-1903.
|
|