Een nieuw aardig prentenboek
(1899)–W.P. Razoux– Auteursrecht onbekend
[pagina 33]
| |
[pagina 36]
| |
Het groote paard, dat werd toen kwaad,
Ziet hoe het beest naar acht'ren slaat; -
Hij raakte Karel op zijn' scheen,
Die storte nêer, en brak zijn been.
Daar schreeuwt nu Karel ‘ach!’ en ‘wee!’
Daar ligt hij op de kanapée,
Hij kermt en jammert en hij schreit,
‘O wee mijn been, wat smart, wat spijt!’
|
|