Speceryen-geur, ofte Eene verzaameling van uitmuntende gezangen(1735)–J. G., A. de R.– Auteursrechtvrij Vorige Volgende [pagina 61] [p. 61] Veilig toeverlaat. Stem: Lofzang Mariae. I. Wat baat al 's waerelds vreugd, Die 't hert zo kort verheugd, Als eindeloze plagen? Wel hem, die 't kruis verkiest, En 't aards vermaak verliest, Om 't Jezum na te dragen. II. Gy kent, Heer, myn besluit; Gy weet ook waar 't uit spruit; En zult my sterkte geeven: Om tegen vleesch en bloed, En al het helsch gebroed, Te wagen lyf en léven. III. Ik hoop haast ryke stof Te krygen, om uw lof 't Zaad Abrahams te toonen: Als Gy, op 't Bruiloftsfeest Des Lams, zult in den Geest Myn hoofd met lauw'ren kroonen. Vorige Volgende