De briefwisseling tussen Arij Prins en Lodewijk van Deyssel
(1971)–Lodewijk van Deyssel, Arij Prins– Auteursrechtelijk beschermd173Schiedam 22 Sept.r 1905.
Amice, Ik ontving je beide brieven, en kon ze tot mijn leedwezen niet dadelijk beantwoorden, daar ik twee dagen met een zware verkoudheid te bed heb gelegen. Het spijt me erg, maar ik kan thans niets voor je doen. Ik behoef je wel niet uitteleggen, dat dit geen onwil van me is. Hoe lang deze toestand zal duren kan ik moeilijk zeggen; misschien nog ruim een half jaar. Mondeling over dit alles wel meer. Het doet ons genoegen, dat je in Nov.er naar hier komt. Intusschen na vele groeten ook van huis tot huis tt
| |
[pagina 298]
| |
Nog eens nadenkende over de geldaffaire, zal ik trachten je 't benoodigde op een andere wijze te verschaffen.Ga naar voetnoot575 Mocht mij dit gelukken, dan schrijf ik je wel nader. Op zijn vroegst kan ik echter eerst over 8 dagen bericht hebben. |
|