De werken. Deel 22. Brieven aan Cd. Busken Huet 1869
(1902)–E.J. Potgieter– Auteursrecht onbekendE.J. Potgieter, De werken. Deel 22. Brieven aan Cd. Busken Huet 1869 (ed. Gideon Busken Huet). H.D. Tjeenk Willink & Zoon, Haarlem 1902
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Brieven aan Cd. Busken Huet 1869 van E.J. Potgieter, in een editie van Gideon Busken Huet uit 1902. Het betreft deel 22 in de serie De werken van E.J. Potgieter. De complete serie bestaat uit 23 delen.
redactionele ingrepen
p. 209: van voetnoot 2 ontbreekt in het origineel de nootverwijzing. De noot is hier direct achter voetnoot 1 geplaatst.
p. 234: een aantal in het origineel slecht leesbare tekens zijn hier tussen vierkante haken weergegeven.
p. 322: de errata voor dit deel zijn in deze digitale editie doorgevoerd. De errata voor het vorige deel zijn daar doorgevoerd. De opgave ervan is verplaatst naar dit colofon. Het erratum betreffende p. 151 was al doorgevoerd in het origineel. Het erratum betreffende p. 203 werd hier gevonden en doorgevoerd op p. 204.
In De werken. Deel 23. Brieven aan Cd. Busken Huet 1870-1874 staan errata voor dit deel. Deze zijn in deze digitale editie doorgevoerd. De opgave ervan is hieronder weergegeven.
Deel II.
Dr. N.D. Doedes, te Utrecht, had de goedheid mijn aandacht te vestigen op een paar plaatsen die verbetering behoefden.
Blz. 2, regel 14, lees: Da Costa's lier met ééne snaar.
Blz. 102, regel 9 v.o., lees: Que firent les Titans.
Blz. 245, regel 2 v.o., lees: blijft zich ontwikkelen.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (p. II en IV) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[pagina ongenummerd (p. I)]
E.J. POTGIETER
BRIEVEN AAN CD BUSKEN HUET
UITGEGEVEN DOOR G. BUSKEN HUET.
TWEEDE DEEL
1869
BAARLEM - H.D. TJEENK WILLINK & ZOON - 1902
[pagina 322]
Verbeteringen.
Deel II.
Blz. 49. r. 9 v.b. staat Cnauer, lees Cauer. |
Blz. 151, r. 8-9 v.o., moeten de woorden ‘zuur zag’ wegvallen en gelezen worden: ‘en de heldere oogen zien mij uitvorschende aan.’ |
Blz. 203, r. 6 v.o. is bij de woorden Bishop's Folly de noot te plaatsen: The Bramleigh's or Bishop's Folly, roman van Charles Lever (Londen, 1868). |
Deel I.
De heer N.D. Doedes wees in de Wetenschappelijke Bladen (Jaargang 1902, afl. 1) eenige plaatsen aan waar de lezing hem twijfelachtig scheen. Ook van andere zijden werd mijn aandacht gevestigd op enkele bijzonderheden, en bepaaldelijk had de heer W.G. Hondius van den Broek, te Utrecht, de beleefdheid per brief mij passages aan te wijzen, waar Potgieter's moeilijk schrift niet juist gelezen scheen of een nader onderzoek vereischte. De volgende plaatsen moeten verbeterd worden:
blz. 46 r. 14 ‘Bienfait,’ lees ‘Pierson.’ |
blz. 55 r. 10 ‘alsof,’ lees ‘alias.’ |
blz. 65 r. 21 ‘gekregen,’ lees ‘gegeven.’ |
blz. 220 r. 3 v.o. ‘haren nevel,’ lees ‘naren nevel.’ |
blz. 246 r. 12 v.o. ‘knikken,’ lees ‘knikten.’ |
blz. 251 r. 12 v.o. ‘Alex. van Steden,’ lees ‘Alex. van Staden.’ |
blz. 283 r. 8 v.b. ‘belang in U stelt stemt,’ lees ‘belang in U stelt, [brengt].’ |
blz. 301 r. 14 v.b. ‘voorsprong,’ lees ‘oorsprong.’ |
blz. 328 r. 3 v.b. ‘Heilinger’ lees ‘Herrlinger.’ |
blz. 333 r. 16 v.b. ‘aesthetik,’ lees ‘aesthetika’ en schrap de komma. |