LXVIII
Amsterdam, 25 April 1865.
Lieve Vriend!
Houd het mij ten goede dat ik U met een proef kwel, die, om haar begrijpelijk te maken, zoo vele verbeteringen eischte, dat zij er slordig van uitziet.
Maar Ge zijt buiten, men kan het dus niet op den laatsten dag laten aankomen, te minder daar deze maand (door zondag 30) eigenlijk maar 29 dagen heeft.
Ik voeg het restant oorspronkelijken afdruk, en een betere proef van het eerste blad bij, opdat Ge in staat moogt zijn het geheel te overzien, en enkele bladzijden te verontschuldigen, daar ik der schikking der gebeurtenissen geen geweld durfde aandoen. Gerard de Preys behoudende, had ik vrijheid tot menige inlassching.... en het geheel kan gaan, hoop ik.
Hebt Gij de inleiding tot de Mosses from an old Manse gelezen? In knop houdt zij alles in wat Hawthorne later oorspronkelijkst heeft geleverd.
In de Revue voor 15 April is een fragment van Taine's Vie Italienne, dat Ge niet moogt overslaan, evenmin als de bladzijden over Voltaire à Francfort.Ga naar voetnoot1
Als onze morelletjes zulke stukken lezen, zouden zij dan niet zeggen.....
Maar
Mevrouw Huet heeft Maandag van den laatsten warmen dag geprofiteerd, la Néerlande est revenue à son climat normal, froid mais serein.
Er is meer spijkerbalsem bij de Erven Wijsmuller dan ons dienstmeisje heeft meegebragt. Vele groeten.
Van harte de Uwe.