Miracoli, de drukkerij meldt mij dat het begin van het stuk van den heer Quack is gekomen. Ik vleide mij er niet mede, al beloofde hij het woensdag, al wilde hij ons in Oct. op den eersten zondagavond hier ontvangen. - Ik vond het bij Muller een taai avondje. X en Y blijven onwillig ijverig te werken. En toch wil ik tot het vroeger stelsel, boeken te zenden quand même aan onbeduidendheden en stukken te plaatsen om te vullen niet terug keeren. Het heeft mij lang genoeg verdroten. Nu ik U tot bontgenoot heb, transigeer ik niet meer.
Of Ge gelijk hebt in Uwe opmerking en Uwe aanmerking over de Novelle. Ik beproefde tweeërlei stijl, ik dacht er in de uitweiding over gras in het begin, in de passage over het kasteel aan het slot meê te zijn geslaagd, maar toen de Gids afgedrukt te huis kwam, zei ik in mijzelven: mis, à refaire! Waarom werkte ik zoo haastig? Waarom ben ik zoo bang lang te zullen zijn? En toch wenschte ik nu niet of de feil ware begaan, want het bewijst niet alleen hoe goed Ge ziet, het bewijst de opregtheid uwer vriendschap, dat Ge er mij opmerkzaam op maaktet. Vooral om de wenken, die er in Uwe weglatingen en doorschrappingen in der tijd uit de proeven van het Proza vielen op te zamelen, zou ik gaarne de Poëzy hebben laten volgen, mais résignons nous.
De tijd zal komen dat Ge behoefte zult hebben weêr novellen te schrijven, - maar is die er al niet? Als Gij zoo lang wacht, tot Gij het niet laten kunt, dan zou er iets bijzonders moeten gebeuren et que le bon Dieu vous préserve de chocs. Een fluisterend windje kan zoo goed inspireren als een storm.
Wij waren zondag tien minuten voor elven gereed, daar kwam de plasregen en wij bleven te huis - ik aan mijn doofstommen. Maar ik herinner mij mijn aanhef, daarom deze boosheid niet overgelezen.