Het dagboek of De kroniek

Mei.

Den 1, was er nog niets in de Kruisheerenkerk.

2. waren wederom vele koeien en schapen op het kerkhof.

Denzelfden avond arriveerde de représentant du peuple van Bonn, Roberjot, met eenen generaal, en logeerden op de Weide.

3. telde men 128 schepen met koren, meel, haver, hooi en stroo (meest Keulschvaarders, voor deze stad, de rivier was zoo bedekt dat men over de schepen van den eenen oever naar den anderen kon loopen, K.).

Dezen dag arriveerden ook 200 groene jagers om het ontladen magazijn naar Bonn te convoyeeren; op de pastorie was de kapitein-commandant met eenen knecht gelogeerd.

4. 's namiddags is de representant naar Roermond vertrokken, hij had bij zijn aankomst de vrouwenkloosters schriftelijk aangezocht de zakken te lappen om 't graan te transporteeren, hetgeen terstond in het werk gelegd werd. - 's Morgens heeft de heer rector Joannes van den Kerkhof, geboortig van Helmond, zoolang bij den representant aangehouden om afslag in de onrechtvaardige contributie van Gelder, totdat deze aan de Priorin en de andere dames voor een ontbijt gracieus in schrift verleend is; zij moesten betalen voor hun quota 7500 livres en is verminderd op 1000 livres, half in geld en half in assignaten. Dezelfde waardige

[p. 105]

man heeft ook aangehouden om vermindering voor de Annunciaten en H. Geest, en bekomen; de Annunciaten moesten betalen 2000 livres en hebben vermindering in schrift bekomen maar 300 livres te betalen, de helft in geld, de helft in assignaten. De H. Geest was getaxeerd 882 livres - o schelmstuk! - en moeten maar geven 200 livres, zoo in geld, zoo in assignaten. Groot avantage voor die arme menschen! De representant was voorwaar een eerlijk man en zei: binnen tien dagen kom ik weerom en verzoek hier op de Weide mijn logement, en dan zal men verder spreken.

5. 's avonds is de Kruisheerenkerk vol meel en graan gekomen, zoodat er geen dienst meer geschiedt.

Op dezen dag arriveerde een staatsbode.

6. werd door den Magistraat de gezonden publicatie gelezen, behelzende de herroeping der poenale wetten geëmaneerd (afkomstig van) 1738, 1739 en 1750, tegen de huwelijken die aangegaan werden van staatsofficieren en ambtenaren der gereformeerde religie met Roomschgezinde vrouwen. Dat raakt ons niet!

7. zijn nog veel schepen bijgekomen; wel 1000 karren en wagens hebben dien dag geladen.

12. en 13. was men bezig met de kerk der Minderbroeders vol haver te leggen, den 14. alle zolders.

14. is in den zomerrefter der Kruisheeren de eerste dienst geschied, van half 6 tot 10 uur altijd missen; 's avonds is in de Groote Kerk, nadat ze van hooi en stroo gereinigd was, koren en tarwe gebracht.

15. is de Gereformeerde Kerk in requisitie genomen. De kerkeraad werd vergaderd, men zei dat zij niet onder de Municipaliteit stonden. ‘Wel, zei de commissaris-ordinateur, dan staat gij onder mij, en zoo morgen niet alles uit uw kerk is, zal ik het daar doen uitdoen’. Toen kwamen 20 volontairen, die terstond alle banken in stukken sloegen. - Die kerk was verscheidene reizen in requisitie genomen, doch met duimkruit vrijgekocht, men zegt 300 gulden, maar die commissaris is vertrokken met de penningen en nu is er een ander. - De dominee Groll heeft zeer hevig gepredikt, dat het nu klaar te zien was, dat zij de ware religie hadden, mits hunne kerk vrij bleef en hun godsdienst ongestoord

[p. 106]

enz.... Quid nunc? (wat nuf) - Op die requisitie is de kerkeraad vergaderd, alwaar besloten werd te zeggen, dat hunne kerk door de Municipaliteit in geen requisitie kon genomen worden, wijl zij niet onder dezelve behoorde. Met dit antwoord zijn de gedeputeerden van den kerkeraad naar den commissaire-ordinateur gegaan, die hun zei ‘als gij onder de Municipaliteit niet staat, staat gij onder mij, en als van daag uw kerk niet leeg wordt, zal ik ze doen gereed maken’; waarop, niet veel daarin gedaan wordende, als boven gezegd, de volontairs daarin zijn gevallen.

16. 's avonds arriveerde van Antwerpen de représentant du peuple Roberjot, met den generaal Favro en twee secretarissen, op de Weide.

17. 's morgens om half 9 heb ik aan den representant het volgende door mij geschreven request gepresenteerd:

Citoyen Représentant!

Le soussigné curé de la ville de Venlo, n'ayant que sa simple compétence, consistant en 1800 livres pour veiller sur un troupeau de presque 5000 ames, et qui d'après la capitulation de la ville jusque dans ce moment a eu logé chez lui plusieurs chefs, même le bureau de la direction générale de l'armée, et qui dans la contribution ecclésiastique de Gueldre est quoté pour 562 livres 10 sous, somme quelle par excès surpasse la justice... C'est pourquoi le soussigné s'adresse à votre respectable personne en qualité de représentant du peuple français, avec pleine confiance de lui rendre justice et faire grace en remettant ou bien en diminuant la quote de contribution à une somme proportionnée au revenu du petitionnaire. C'est la grace,
Joês Chrys. van Postel,
curé de la ville de Venlo.
Venlo 17 Mai 1795.
De apostille luidt:
Vu la requête... du cit. Van Postel, de la contribution extraordinaire demeure réduit à la somme de 200 livres, dont 50 au numéraire et le surplus payable en assignats.
à Venlo le 28 floréal an III de la Rép. franç.
Le représentant du peuple
(stempel)
Roberjot.

Mijn gepresenteerd request is eigenhandig gezegeld en geteekend door den representant. Voorwaar een eerlijk man. (Zie in 't archief het origineele stuk.)

De Weide werd dienzelfden dag verminderd tot 400 livres, half in geld en half in assignaten; de Annun-

[p. 107]

ciaten en H. Geest ieder tot 200 livres, 50 in geld en 150 in assignaten. De Kruisheeren, wijl zij reeds 1000 livres in geld te Gelder betaald hadden, werden geheel ontslagen. De Minderbroeders kregen vrijdom van de imposten, van alles wat zij als aalmoezen ontvangen zullen. Daarmee is de representant dienzelfden namiddag om 3 uur naar Roermond vertrokken en van daar naar Parijs.

17. kwamen wederom 130 beesten op het kerkhof, en eenige schepen zijn van Venlo afgevaren, naar boven.

23. is omgetrommeld, dat bij tractaat van vrede en alliantie tusschen de Fransche en Hollandsche republiek, Staats-Vlaanderen, Maastricht en Venlo, Fransch was. (Haagsch verdrag van 16 Mei.)

24. zijnde Pinksterdag, werd de Annunciatenkerk in requisitie genomen, om de tarwe, die verduft was, daar uit de zakken te doen; maar door voorspraak werd de kerk gespaard, zoodat er den 28. de dienst nog als te voren gedaan werd.

27. kwamen weder 249 beesten en zoo gaat het alle drie dagen, en dan gaan ze al verder naar de legers.

31. werd door de Franschen omgetrommeld, dat geen burgers graan mochten koopen van de soldaten, op zeer zware straf, want het magazijn werd alle dagen sterk bestolen.