Het land, in brieven
(1987)–Elisabeth Maria Post– Auteursrechtelijk beschermdI Eufrozyne aan EmiliaDe 3 decemb. 17 -
Nog zegen ik, lieve Emilia! het gelukkig ogenblik dat mij zo toevallig bij u bracht - en mij teffens het gevoeligst hart deed kennen. Uw aangeboden vriendschap is mij een onwaardeerbare schat. - Telkens voel ik, met een stille vreugde, mijn geluk. - Uw beeld is mij steeds voor ogen. Als ik 's morgens ontwaak, is mijn eerste gedachte: Emilia! En dan dank ik de | |
[pagina 11]
| |
Voorzienigheid, die mij een lieve gezellin op het pad des levens in u deed vinden. Uw edel karakter ontvonkt mijn liefde tot de deugd. Uw voorbeeld bestiert mijn daden. De neiging tot vriendschap ontwikkelde zich met mijn zielvermogens; zij groeide aan met het toenemen van mijn levensjaren: en tegenwoordig is een vriendin een onontbeerbare behoefte voor mijn geluk. - De naam van vriendschap alleen heeft een aangename welluidendheid in mijn oren, en haar beoefening is de adem van mijn leven geworden. Zij geeft het ware zoet aan alle aardse wellust. Zij bereidt de zachtste troost in alle rampen van dit leven. - Een traan die de vriendschap over ons lot weent, is balsem in de wonden des harten. Een boezem open te vinden, waarin de volle ziel zich uitstort, geeft de aangenaamste verruiming. Wees zonder vriend, hoeveel verliest uw leven!
Wie zal u troost en moed in rampen geven?
Verblijd zijn als uw heilzon straalt?
Wie delen in uw voor- en tegenspoeden;
U in de nood, door trouwe raad, behoeden?
U wederhouden als gij dwaalt?
Zingt onze waarde gellert. Aan de hand der vriendschap valt het lichter de doornige paden des levens te doorwandelen: en daar ze voortspruit uit overeenstemming van zielen, daar ze door deugd en godsdienst gevoed wordt, - daar zegepralen haar genoegens over al de wisselbare goederen der wereld. - Eer en schatten kunnen ons door kleine toevalligheden ontroofd worden: maar de ware vriendschap groeit in de nood. - De dood kan vrienden scheiden, maar de vriendschap zelf duurt tot in het ander leven. De wenende afscheidsgroet bij de vege sponde is slechts voor weinig ogenblikken - en zal door eeuwen van zaligheid in dat oord waar volmaakte liefde en vriendschap wonen, achtervolgd worden. Daar rollen nimmer tranen. Daar | |
[pagina 12]
| |
scheiden geen trouwe vrienden. Daar zal de nauwste vereniging een altijdvloeiende bron van hemelwellust wezen! Daar smaak ik eerst een vriendschap zonder smetten,
En, bij 't geluk van ze eindloos voort te zetten,
Zal ik verhoogd haar recht verstaan.
'k Zal eeuwig daar haar heil geheel ervaren,
Verheugd zijn, dat wij zo gelukkig waren,
Van vroom te zamen om te gaan.Ga naar voetnoot*
Geeft de korte duur van enig genoegen altijd kwelling die het gevoel van deszelfs waarde vermindert: het verwondere u dan niet, mijn vriendin! dat ik in de bestendigheid van een geluk wiens kracht ik levendig gevoel, - ook mijn blijdschap zo duurzaam als haar oorzaak zoek te maken. En is het edel oogmerk der vriendschap - elkander gelukkiger te maken, is dat geluk gelegen in de verbetering van onze geest, die niet geschapen is om een kleine kring van vluchtige jaren op dit toneel der onvolmaaktheid te schitteren; maar alleen om hier die gesteldheid te verkrijgen, die hem vatbaar maakt voor de eeuwen van geluk: o hoe groot is dan de taak die de vriendschap ons oplegt! Ontijdige beschroomdheid - kwalijk geplaatste tederheid, - schoonschijnende hoogmoed, - zal ons dan niet moeten hinderen in het mededelen en ontvangen van vermaningen, afkeuringen, of raadgevingen, waartoe het hart zich verbonden voelt. - Laat ons in onze vriendschap deze grondregelen altijd volgen! - Laat derzelver tederheid en vastigheid de dwaling vernietigen, dat de vriendschap onder onze sekse geen duurzaamheid kent. Maar, lieve Emilia! daar ik thans van u afgescheiden leef, en nochtans mijn geest met u werkzaam wil houden - verwacht ik telkens brieven van u, die mij zowel uw gedachten medede- | |
[pagina 13]
| |
len, - als ze mij verzekeren dat gij in de vriendschap van Eufrozyne gelukkiger zijt dan tevoren. Och Emilia! dat gij ook het Landleven in dit akelig seizoen verkiest, daar ge, onder de schaduw van het vriendendak, zulk een gerust leven naar uw verkiezing kunt leiden! - Mijn moeder zou zich gelukkig rekenen met zulk een huisgenote! - Ik heb medelijden met uw smaak; niet omdat ik die laag vind, maar omdat die u, naar mijn oordeel, ongenoegens oplegt die ik u ontnemen wilde. Of heeft de winter op het Land aangenaamheid? Verveelt u die dodelijke stilte niet? Behoeft gij geen mensen tot uw geluk? Hoe slijt gij de winterdagen? Door de beantwoording dezer vragen zult gij het hart verlichten van uw eufrozyne |
|