Het talmen van de tijd
(2000)–Hugo Pos– Auteursrechtelijk beschermdHugo Pos, Het talmen van de tijd. In de Knipscheer, Haarlem 2000
DBNL-TEI 1
Wijze van coderen: standaard
-
-
gebruikt exemplaar
eigen exemplaar dbnl
algemene opmerkingen
Dit bestand biedt, behoudens een aantal hierna te noemen ingrepen, een diplomatische weergave van Het talmen van de tijd van Hugo Pos uit 2000.
redactionele ingrepen
Door het hele werk zijn koppen tussen vierkante haken toegevoegd.
Bij de omzetting van de gebruikte bron naar deze publicatie in de dbnl is een aantal delen van de tekst niet overgenomen. Hieronder volgen de tekstgedeelten die wel in het origineel voorkomen maar hier uit de lopende tekst zijn weggelaten. Ook de blanco pagina's (binnenkant voorplat, 2, 6, binnenkant achterplat) zijn niet opgenomen in de lopende tekst.
[ voorplat]
HUGO POS
HET TALMEN VAN DE TIJD
KWATRIJNEN
IN DE KNIPSCHEER
[pagina 1]
HET TALMEN VAN DE TIJD
[pagina 3]
HUGO POS
HET TALMEN VAN DE TIJD
KWATRIJNEN
IN DE KNIPSCHEER
[pagina 4]
Het talmen van de tijd. Kwatrijnen
Copyright © 2000 Hugo Pos
Illustraties (pp. 8, 17, 24, 31, 44, 62, 73, 82, 89)
Rita van der Vegt
Omslag Anders Kilian
Eerste uitgave 2000
In de Knipscheer, postbus 6107, 2001 hc Haarlem
isbn 90 6265 492 4 nugi 310
[pagina 93]
inhoud
Wat is de rechtsgrond van het lange leven | 7 |
euthanasie | 9 |
mijn oude moeder | 10 |
Het talmen van de tijd. Geen | 11 |
voor leopold | 12 |
bij mijn 85ste verjaardag | 13 |
Twee linkerhanden. Waar ik dan voor deug? | 14 |
Zoveel verledens, meervoud, kan dat wel | 15 |
De ruitenwassers hebben zich vergist | 16 |
Ik heb de doden niet geteld, het had geen zin | 18 |
Ik denk aan haar terwijl ik niet meer weet | 19 |
Wat als de vis niet bijten wil, | 20 |
voor het poëziealbum | 21 |
‘Bestaan er nog wel goede feeën, vader?’ | 22 |
Toen ik mijn raam wijd open had gedaan | 23 |
binnenland suriname | 25 |
Een volmacht kreeg ik toen de eeuw verstreek | 26 |
voor hans berlage | 27 |
Wat weet een vlinder van de dood? | 28 |
voor germaine greer | 29 |
Fotograferen, nee, maar je ontleden | 30 |
Als ik leer tikken is 't | 32 |
aan een ziekbed | 33 |
Hoe gaan de doden met de doden om | 34 |
Lag in het gras en viel in slaap | 35 |
Een ruimteschip, ik stel me voor | 36 |
[pagina 94]
voor een boezemvriend | 37 |
op safari | 38 |
Wat weten wij van lot en loterij | 39 |
Wat zijn vulkanen, uitgedoofd? | 40 |
Vanavond kroont de paus Napoleon | 41 |
Wat ik bewaarde heb ik opgegeven | 42 |
ongelukkige catullus | 43 |
Brombeer ging dood, hij had een woordenschat | 45 |
utopia | 46 |
nostalgie | 47 |
Het groeien van het gras dat doven kunnen horen | 48 |
Mijn handschrift dobbert, los van pols en hand | 49 |
nabij de eindfase | 50-57 |
Nog jaren later spraken wij erover | 58 |
Vordert het werk? Op zo'n vraag | 59 |
bij het naderen van het millennium | 60 |
Hoe zit de wereld in elkaar? | 61 |
Jij droeve ridder, je tranen spatten | 63 |
Toen meer dan driehonderd geborgen waren | 64 |
Viva la vida was het codewoord | 65 |
De Falla heeft de dans geschreven | 66 |
Ik hijgde leven, leven, leven | 67 |
Ik heb een zilversmid gekend | 68 |
De slipper mist niet het gezicht | 69 |
Kwatrijnen, zei hij, lijken op korsetten | 70 |
Ik was, geloof ik, danig in de war | 71 |
sprookje | 72 |
voor giacomo leopardi | 74 |
Een tijdgenoot van Jezus, zou ik dan | 75 |
[pagina 95]
Dit is mijn straf, de doden slapen | 76 |
Moet ik het aan de bijen overlaten | 77 |
Hebben de dwergen zich vergist | 78 |
Ik geef de voorkeur aan de revolutie | 79 |
‘Desniettemin,’ ik hoorde het hem zeggen | 80 |
Niet koosjer, zei hij, hij had willen zeggen | 81 |
Bedenktijd kreeg ik, alsof er | 83 |
bij de dood van tito | 84 |
belgrado | 84 |
kosovo | 84 |
De oorlog, schei toch uit, wat doe ik met die shit | 85 |
Ik heb de vouwen in mijn broek | 86 |
Stierf mijn opa honderd jaar geleden | 87 |
Tussen vandaag en morgen is geen brug | 88 |
Lid van Festina, straks van Panta rei | 90 |
‘Ga jij gauw dood?’ hoe kwam ze daar nou bij | 91 |
‘Twee padden parend dood gevonden | 92 |
[pagina 96]
Van Hugo Pos bij In de Knipscheer
Het doosje van Toeti, verhalen, 1985 |
Oost en West en Nederland, episodes (met Jos de Roo), 1986 |
Een uitroep zonder uitroepteken, kwatrijnen, 1987 |
De ziekte van Anna Printemps, verhalen, 1987 |
Reizen en stilstaan, reisverhalen en herinneringen, 1988 |
Het mausoleum van de innerlijke vrede, verhalen, 1989 |
Van het een, verhalen, 1992 |
Voordat ik afreis. Nestoriaanse kwatrijnen, 1993 |
In Triplo, autobiografie, 1995 |
Voorbij Confucius, verhalen, 1996 |
Het averechts handelen, historie, (met Jan Kuijk), 1997 |
tot in de nde, nde graad, Nestoriaanse kwatrijnen 2, 1998 |
De ongewisse tijd, verhalen, 1999 |
[ achterplat]
Het talmen van de tijd is de vierde bundel kwatrijnen van Hugo Pos. Over zijn vorige bundel Tot in de nde, nde graad (1998) schreef de pers:
‘Zoveel zekerheid in nog geen 100 bladzijden! Meer kan en mag niet worden verlangd.’ - Algemeen Dagblad
‘Hugo Pos beoefent het “dichten” van de woorden tot ze tot een pregnante uitdrukking met grote zeggingskracht samengebald zijn met schijnbaar gemak, waaraan het slijpen en schaven voor een dergelijke kleine vorm bereikt wordt niet meer zichtbaar is. Er is in de poëzie van Pos heel wat te beleven, zowel naar vorm als inhoud.’ - Wim Rutgers
‘Pos' toon is melancholiek en berustend, wijs ook. Zijn gedichten zijn helder en verstaanbaar, parlando-achtig. Achter de lichtheid gaat een montere wanhoop schuil, die zich pas bij herlezing echt laat gelden. Hier is een dichter aan het woord die weet wat taal is, wat de spankracht van heel precies gekozen woorden betekent.’ - NRC