Notities van Sybren Polet
Poe's Eureka, een hommage. Het eerste deel van dit gedicht maakt gebruik van vrijwel letterlijke citaten uit Poe's ‘prozagedicht’ Eureka (1848), waaronder ook zijn ‘diepzinnige inktvis’.
Het tweede deel verwerkt het slot van Poe's Eureka. In dit deel worden al ideeën en intuïties over materie en kosmos ontwikkeld die pas in de twintigste eeuw weer aan de orde komen, o.a. bij Einstein, die Poe's geschrift in een vroeg stadium met bewondering las; later ontkende hij het eerder gelezen te hebben en deed hij er smalend over. Zie voor een Nederlandse uitgave de bewerking, plus interessant nawoord van René van Slooten: Eureka. Een prozagedicht (2003).
De interstellaire detective is natuurlijk Auguste Dupin, ook Poe's schepping.
Onbewogen beweger. Onbewogen beweger: Aristoteles.
Minusmorfemen. De enkeling en zijn enige eigendom. Max Stirner, 1845.
De filosofie van het Alsof. Alsof. Die Philosophie des Als Ob (1911) van Hans Vaihinger. Nederlandse vertaling 2013.
Fluxie. Tijdelijk/ nog niet bewezen constructie als hulpmiddel.
Zebrageest. Kleurige klanken. Zie Messiaen: Chronochromie, 1959/60.